5.3 - Machtige heren, halfvrije boeren

Planning
1. 5 minuten lezen + controle huiswerk
2. Vragen over het  huiswerk?
3. Uitleg leerdoel 1, 2 en 3 van 5.3
4. Filmpje Middeleeuwse stad
5. Tijd over? Aan het de slag in het werkboek
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Planning
1. 5 minuten lezen + controle huiswerk
2. Vragen over het  huiswerk?
3. Uitleg leerdoel 1, 2 en 3 van 5.3
4. Filmpje Middeleeuwse stad
5. Tijd over? Aan het de slag in het werkboek

Slide 1 - Tekstslide




4.3 Machtige heren, halfvrije boeren
5.3 Machtige heren, halfvrije boeren

Slide 2 - Tekstslide

5.3 Machtige heren en halfvrije boeren
Leerdoelen
1. Je weet waardoor boeren in de landbouwsamenleving halfvrij waren
2. Je weet hoe de landbouw was georganiseerd
3. Je weet welke sociale verhoudingen er waren
4. Je kunt beschrijven hoe edelen en geestelijken samenwerkten
5. Je weet welke handel er was

Slide 3 - Tekstslide

1. Halfvrij
Boeren waren niet vrij doordat ze naar zekerheid en veiligheid hadden gezocht in ruil voor een deel van hun vrijheid
-> Horigen

Een gebied van een edelman of klooster was een domein en horigen mochten niet zomaar het domein verlaten

De onvrijheid van horigen wordt horigheid genoemd





Slide 4 - Tekstslide

2. Leven op een domein
- Hof: hier woonde de eigenaar of de rentmeester

- Op een domein werd alles geproduceerd wat mensen nodig hadden (zelfvoorzienend)

- Horigen betaalden belasting en deden herendiensten

Slide 5 - Tekstslide

Leenstelsel (politiek)
Hofstelsel (economisch)

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Aan de slag
Maak vragen 1 tot en met 3 van 5.3 in het online werkboek

Slide 8 - Tekstslide

Planning
1. Uitleg leerdoel 4 en 5 van 5.3
2. Herhalen 5.1 tot en met 5.3
3. Oefenvragen

Klaar? Maak de oefentoets in het online werkboek

Slide 9 - Tekstslide

3. Drie sociale groepen
Geestelijken (bidders), Edelen (strijders), Boeren (werkers). Iemands afkomst bepaalde in welke groep ze zaten

Stand: groep met een vaste sociale positie en speciale rechten. Edelen en geestelijken hadden privileges
Heerlijke rechten: de rechten van de heer van een gebied, zoals jagen

Boeren werden steeds armer

Slide 10 - Tekstslide

4+5 Samenwerken en handel
De adel en geestelijkheid werkten veel samen

Graven droegen vaak bij aan kloosters en geestelijken gaven bijvoorbeeld advies

In deze periode is er weinig handel en er zijn ook weinig steden. Dorestad is een van de voorbeelden van een stad waar wel handel was

Slide 11 - Tekstslide

Oefenvragen
5.1: verdiepingsvraag 1
5.3: vraag 1, verdiepingsvraag 4
5.2: verdiepingsvraag 2

Slide 12 - Tekstslide