Les 5: media

MEDIA
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaskMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

MEDIA

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
Terugblik vorige les
Leerdoelen
Uitleg media
Opdrachten
Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hieronder komen situaties waarin communicatie plaatsvindt. Geef steeds aan of het gaat om persoonlijke communicatie (P) of massacommunicatie (M). 
  1. Jij staat met een klasgenoot te praten op het schoolplein.
  2. De docent legt je het begrip 'communicatie' uit.
  3. Na etenstijd praat je met je vriendin via WhatsApp.
  4. Je krijgt een Amber Alert binnen op je telefoon, een jongen wordt vermist.
  5. Iedere dag kijk jij net als een miljoen anderen op nu.nl
  6. Op de radio is een extra nieuwsbericht vanwege de geboorte van een prinsesje.
  7. Je beantwoord een mail van je vriend. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plaats  de woorden bij de publieke omroepen en commerciële omroepen. Zodat de verschillen ertussen duidelijk worden.
publieke omroep
commerciële omroep
inkomsten
programmering
reclame
alleen uit reclame
van de overheid
aan regels gebonden
vrij
wel tijdens programma's
niet tijdens programma's

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bekijk de afbeelding, beantwoord daarna de vragen.
  1. Wat is de meest bekeken zender?
  2. Is dat een publieke of commerciële omroep?
  3. Waarom zijn kijkcijfers belangrijk voor
    een commerciële omroep? 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



1. Nieuwsselectie
2. Nieuwsbron
3. Persbureau
4. Persbericht
5. Hoor en wederhoor 

a. Informatie die door personen of organisaties verspreid wordt.
b. De keuze van een journalist om een bericht wel of niet op te nemen.
c. De journalist interviewt alle partijen.
d. Persoon of instelling die informatie heeft.
e. verkoopt nieuws.
Maak de juiste combinaties tussen het begrip en de betekenis. 

Slide 7 - Tekstslide

1 = b
2 = d
3 = e
4 = a
5 = c


1. Beeldvorming
2. Indoctrinatie
3. Selectieve waarneming
4. Persvrijheid
5. Censuur

a. De vrijheid van journalisten om ongehinderd berichten te kunnen plaatsen.
b. Het expres weglaten of veranderen van bepaalde informatie.
c. Er wordt voortdurend een bepaalde mening aan je opgedragen.
d. Je kiest bewust of onbewust wat je wilt lezen en horen.
e. Je vormt steeds een beeld van iets, iemand of een situatie.
Maak de juiste combinaties tussen het begrip en de betekenis. 

Slide 8 - Tekstslide

1 = e
2 = c
3 = d
4 = a
5 = b
Leerdoelen
Aan het eind van deze les...
...kan je de betekenis van massamedia voor de samenleving herkennen en beschrijven.
...kan je factoren en ontwikkelingen herkennen en noemen als het gaat om de inhoud en programmering van massamedia, en nieuwsvoorziening kritisch beoordelen.
...kan je benoemen wat de rol van de media is bij beeldvorming en aangeven hoe er sprake is van beïnvloeding door massamedia.
...kan je informatie vergelijken van verschillende media en verschillen daarin verklaren.


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk volgende week
Doe onderzoek naar je mediagebruik.
  • Bereken het aantal minuten van jouw mediagebruik per dag.
    Programma's en series; sociale media; muziek luisteren; gamen; internetten; boek, tijdschrift lezen.
  • Welke soort media gebruik je het meest? Leg ook uit waarom.
  • Volg jij een influencer? Leg hem/haar kort uit en waarom jij deze persoon volgt.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies