Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Week 4B - P3 - Zoektocht naar nieuwe gebieden
Hoofdstuk 7
Stoom en Fabrieken
Paragraaf 5:
Zoektocht naar nieuwe gebieden
Welkom bij geschiedenis!
1 / 39
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
39 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Hoofdstuk 7
Stoom en Fabrieken
Paragraaf 5:
Zoektocht naar nieuwe gebieden
Welkom bij geschiedenis!
Slide 1 - Tekstslide
Onze afspraken
In onze klas mag je altijd een vraag stellen.
Rust in de klas - Als ik uitleg -> stilte. - Geconcentreerd werken -> stilte
Telefoon, jassen, petten en AirPods zijn niet zichtbaar zonder mijn toestemming.
Vertrouwen
Slide 2 - Tekstslide
Lesplanning
Lesdoelen
Herhaling en vragen
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoel vragen
bespreken lesdoelen
Lesplanning en huiswerk
Lesdoelen en opdracht
Oefenvragen
Instructie
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Slide 3 - Tekstslide
Huiswerk
Maken: §5 - Af
Leren: §5
Wanneer inleveren: Voor de volgende les
Waar inleveren: tijdvoorgeschiedenis.nl
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Slide 4 - Tekstslide
Lesdoelen
Je kunt verschillende Europese landen koppelen aan het modern-imperialisme.
Je kunt gevolgen van het modern-imperialisme noemen voor zowel Europa als de Europese kolonies.
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Slide 5 - Tekstslide
Wat is schaalvergroting?
A
Er ontstonden meer uitvindingen
B
Het proces van groei van de productie per bedrijf
C
Het groter worden van de bevolking
D
Werkzaamheden thuis voor vooral handmatige productie, vaak in opdracht van een handelaar
Slide 6 - Quizvraag
Wat is een gevolg van schaalvergroting?
A
Landbouw wordt kapitaalintensief
B
Boerenbedrijven worden kleiner in oppervlakte
C
Landbouw wordt kennisintensief
D
Afname biodiversiteit
Slide 7 - Quizvraag
Welke twee grondstoffen zijn belangrijk voor de industrie?
A
Olie en Graan
B
Kolen en Staal
C
Staal en graan
D
Hout en Olie
Slide 8 - Quizvraag
Hoe kwamen de Engelsen aan de grondstoffen voor de industrie?
A
Koloniën
B
Andere gebieden binnen het moederland
C
Andere Europese landen
D
Veroveren dmv oorlogen
Slide 9 - Quizvraag
Imperialisme ná 1870 had andere doelen dan ervoor.
Welke hoort er NIET bij?
A
grondstoffen voor de industrie
B
inheemse bevolking beschaven
C
handel in specerijen
D
aanzien in eigen land krijgen
Slide 10 - Quizvraag
Lees: De stoommachine
Wie verbeterde de stoommachine ?
A
Thomas Edison
B
Thomas Watt
C
James Watt
D
James Edison
Slide 11 - Quizvraag
Waarom waren er meer wegen en kanalen nodig?
A
Meer handel tussen steden
B
Meer burgers wilden reizen
C
Voor toelevering en afvoer van industriële producten
D
Nodig voor de Stoommachine
Slide 12 - Quizvraag
Wat heb je nodig voor een stoommachine?
A
ijzer, staal en een rivier
B
water, steenkool en hout
C
een rivier, steenkool en hout
D
ijzer, staal, water en steenkool
Slide 13 - Quizvraag
Wat was géén voordeel van de "spinning jenny"?
A
Men kon meerdere touwen tegelijk weven
B
Één persoon kon nu net zoveel produceren als 10 mensen
C
Kleding werd goedkoper
D
Huisnijverheid was niet meer nodig
Slide 14 - Quizvraag
Wat is huisnijverheid?
A
Mensen maken producten in hun eigen huis om te verkopen
B
Mensen maken producten vanuit grondstoffen in de fabrieken
C
Uitvinders bedenken nieuwe uitvindingen in hun eigen huis
D
Fabrieksbazen kopen machines om zo minder personeel te betalen
Slide 15 - Quizvraag
Wat is socialisme?
A
streven naar een samenleving met zoveel mogelijk vrijheid
B
streven naar een maatschappij zonder bestuur
C
streven naar een samenleving waarin mensen een bestuur kiezen
D
streven naar een samenleving met zoveel mogelijk gelijkheid
Slide 16 - Quizvraag
Liberalisme.
A
Opkomen voor de zwakkeren.
B
Zo min mogelijk overheidsbemoeienis.
C
Arme mensen.
D
Gelijkheid is belangrijk.
Slide 17 - Quizvraag
Wat is een revolutie?
A
Een kleine verandering waar veel mensen mee te maken hebben.
B
Een kleine verandering waar weinig mensen mee te maken hebben.
C
Een grote verandering waar weinig mensen mee te maken hebben.
D
Een grote verandering waar veel mensen mee te maken hebben.
Slide 18 - Quizvraag
Wat is de sociale kwestie?
A
De armoede onder boeren in de 19e eeuw.
B
De wet kinderarbeid te verbieden.
C
De slechte levensomstandigheden van de arbeiders en het besef dat hier een oplossing voor moest komen
D
Wetten waarmee het leven van rijke mensen in de 19e eeuw beter zou moeten worden.
Slide 19 - Quizvraag
Wat is urbanisatie?
A
dat fabrieken in steden worden gebouwd
B
dat mensen in de fabrieken gaan werken
C
dat mensen van het platteland naar de stad gaan
D
dat mensen een stadse manier van leven gaan vertonen
Slide 20 - Quizvraag
Wat is Continuiteit
A
Een situatie waarin alles hetzelfde blijft
B
Een situatie waarin dingen anders verlopen
C
Een situatie waarin dingen niet lopen zoals geplanned
D
Een situatie waarin dingen lopen zoals geplanned
Slide 21 - Quizvraag
Slide 22 - Video
Waar denk jij aan bij:
Kolonie?
Slide 23 - Woordweb
Koloniën
De Europese landen veel handelsposten en kolonies.
De regering hielp fabrikanten met uitbreiden naar het buitenland.
Europese landen nemen nog meer grote gebieden en landen over de hele wereld in.
De inwoners moesten grondstoffen voor de Engelsen produceren + verplicht om Engelse producten te kopen.
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Begrippen:
Handelsposten
Slide 24 - Tekstslide
Modern Imperialisme
Inwoners onderdrukt met geweld en wapens.
spoorlijnen, stoomschepen en telegraafverbindingen worden aangelegd.
Modern imperialisme
Nieuwe grenzen in de hele wereld.
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Begrippen:
Modern Imperialisme
Slide 25 - Tekstslide
Nederland en Indonesië
Kolonie Nederlands-Indië (Indonesië)
Het cultuurstelsel
hele bevolking 20% van de grond voor de Nederlandsche Handel-Maatschappij moet verbouwen.
Uitbuiting, armoede en hongersnood.
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Begrippen:
industrialisatie
Slide 26 - Tekstslide
Opdracht(en)
Maken: §5
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Slide 27 - Tekstslide
Huiswerk
Maken: §5 - af
Leren: §5
Wanneer inleveren: Voor de volgende les
Waar inleveren: Tijd voor geschiedenis
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Slide 28 - Tekstslide
Leerdoelencheck!
Slide 29 - Tekstslide
Wat is modern imperialisme?
A
De Europese inspanningen om ervoor te zorgen dat de bevolking van de koloniën welvarend zou worden.
B
De Europese machtsuitbreiding in Azië en Afrika na 1870, waardoor grote koloniale rijken ontstonden.
C
De Europese ontdekkingsreizen in de zeventiende eeuw, met als doel de relatie tussen Europa en Azië te verbeteren.
D
Geen van de genoemde antwoorden is juist.
Slide 30 - Quizvraag
Wat zijn koloniën?
A
Een land.
B
Een gebied waar alleen boerderijen staan.
C
Een gebied buiten het eigen land.
D
Een gebied in je eigen land.
Slide 31 - Quizvraag
Hoe verschilde het stichten van koloniën in de Gouden Eeuw van het stichten van koloniën in de tijd van burgers en stoommachines?
A
In de Gouden Eeuw waren het vooral handelsposten, geen grote stukken grond die werden veroverd.
B
In beide tijden was het stichten van koloniën hetzelfde.
C
In de Gouden Eeuw werd vooral Azië gekoloniseerd, in de tijd van burgers en stoommachines vooral Afrika.
D
In de Gouden Eeuw werd er meer gekoloniseerd dan in de tijd van burgers en stoommachines.
Slide 32 - Quizvraag
Wat is het cultuurstelsel?
A
Producten die verbouwd worden en verkocht aan landen
B
Regels voor boeren in Indië om producten te verbouwen voor NL
C
Het culturele erfgoed van andere landen
D
Afspraken die gemaakt zijn zodat alle boeren dezelfde winst krijgen
Slide 33 - Quizvraag
Het cultuurstelsel was...
A
Voor Nederland voordelig en voor Java nadelig
B
Voor Nederland nadelig en voor Java voordelig
C
Voor zowel Nederland als Java nadelig
D
Voor zowel Nederland als Java voordelig
Slide 34 - Quizvraag
Wat vind je nog moeilijk?
Slide 35 - Open vraag
Lesdoelen
Je kunt verschillende Europese landen koppelen aan het modern-imperialisme.
Je kunt gevolgen van het modern-imperialisme noemen voor zowel Europa als de Europese kolonies.
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Slide 36 - Tekstslide
Modern Imperialisme
Sociale kwestie
Industriële revolutie
Slide 37 - Sleepvraag
De Industriële revolutie heeft Modern-Imperialisme veroorzaakt
- Vul het oorzaak-gevolg schema in.
industriële revolutie
Massaproductie
Grondstoffen te kort
Modern-Imperialisme
Koloniseren Afrika/ Azië
Grotere afzetmarkt + Grondstoffen
Te veel producten
Groter grondgebied
Slide 38 - Sleepvraag
Hoort bij modern imperialisme
Hoort niet bij modern imperialisme
Koloniën
Europese wereldrijken
Veroveringen binnenlanden
Handelsposten langs de kust
Slide 39 - Sleepvraag
Meer lessen zoals deze
Week 5a - P3 - Herhaling
Januari 2024
- Les met
37 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Week 4A - P3 - Zoektocht naar nieuwe gebieden
Januari 2024
- Les met
33 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Les 1B - P4 - Oriëntatie WO1
Februari 2024
- Les met
18 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Les 2A - P4 - Oorzaken Eerste Wereldoorlog
Februari 2024
- Les met
25 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 4
Week 2A - P3 - Groeiende bevolking en stijgende behoeften
December 2023
- Les met
21 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Week 1A - P3 - Orientatie
December 2023
- Les met
15 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Modern-imperialisme
Oktober 2024
- Les met
29 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Week 4B - P2 - Napoleon
November 2023
- Les met
49 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 2