Woensdag 9 februari woordenschat h4
1 / 10
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Op welke drie manier kan een tegenstelling gevormd worden?
Slide 2 - Open vraag
amuzikaal
Deze tegenstelling is gevormd door
Deze tegenstelling is gevormd door
A
basiswoord + voorvoegsel
B
het voorvoegsel te vervangen
C
een heel ander woord
Slide 3 - Quizvraag
Koud
Deze tegenstelling van dit woord wordt gevormd door
Deze tegenstelling van dit woord wordt gevormd door
A
basiswoord + voorvoegsel
B
het voorvoegsel te vervangen
C
een heel ander woord
Slide 4 - Quizvraag
relevant
Deze tegenstelling van dit woord wordt gevormd door
Deze tegenstelling van dit woord wordt gevormd door
A
basiswoord + voorvoegsel
B
het voorvoegsel te vervangen
C
een heel ander woord
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
Wat was de tegenstelling van 'inactieve'? Maak een zin met de betekenis van 'inactief'.
Slide 7 - Open vraag
Wat is de betekenis van 'leken'?
Maak ook een zin met 'leken/leek'.
Maak ook een zin met 'leken/leek'.
