Hoe maak je in meervoud van woorden in het Duits?
- Mannelijke woorden: umlaut + e der Ball - die Bälle
- Vrouwelijke woorden: + (e)n die Frau - die Frauen
3. Mannelijke en onzijdige woorden op -el / -er / -en: meestal onveranderd
das Mädchen - die Mädchen, der Lehrer - die Lehrer
4. Woorden eindigend op -a / -i / -o /-y: +s
das Handy - die Handys