3 T Biologie 2.5 Bevruchting en Embryonale ontwikkeling

Ik ken de verschillende primaire en secundaire geslachtskenmerken
Ik ken de invloed van geslachtshormonen
Ik ken de menstruatiecyclus
Ik ken de processen waarbij bevruchting optreedt 
en de fasen die daarna plaatsvinden.
Tekstboek bladzijde 58 tm 63
Werkboek bladzijde 63 tm 71
Biologie
September
Tekstboek bladzijde 58 tm 63
Werkboek bladzijde 63 tm 71
Opdracht 24 tot en met 33
Tekstboek bladzijde 58 tm 63
Werkboek bladzijde 63 tm 71
Opdracht 24 tot en met 33
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Ik ken de verschillende primaire en secundaire geslachtskenmerken
Ik ken de invloed van geslachtshormonen
Ik ken de menstruatiecyclus
Ik ken de processen waarbij bevruchting optreedt 
en de fasen die daarna plaatsvinden.
Tekstboek bladzijde 58 tm 63
Werkboek bladzijde 63 tm 71
Biologie
September
Tekstboek bladzijde 58 tm 63
Werkboek bladzijde 63 tm 71
Opdracht 24 tot en met 33
Tekstboek bladzijde 58 tm 63
Werkboek bladzijde 63 tm 71
Opdracht 24 tot en met 33

Slide 1 - Tekstslide

Bevruchting
  • De zaadcel en de eicel smelten samen
  • Door meiose worden er constant zaadcellen bij de man gemaakt
  • Bij de vrouw niet
  • Er komt per maand 1 eicel vrij

Slide 2 - Tekstslide

Wat gebeurt er bij de vrouw?
De menstruatiecyclus

Slide 3 - Tekstslide

Bij welke dag zal er (mogelijk) bevruchting plaats vinden bij een zaadlozing
A
Dag 1 (rood)
B
Dag 5 (geel)
C
Dag 14 (groen)
D
Dag 16 (geel)

Slide 4 - Quizvraag

Tijdens de ovulatie (ongeveer dag 14) breekt het follikel open en komt de eicel er uit. Deze blijft niet langer dan 24 uur in leven.
Zaadcellen kunnen wel 3 dagen in leven blijven

Slide 5 - Tekstslide

Deze periode heet de vruchtbare periode

Slide 6 - Tekstslide

  • Binnendringen van de eicel. Maar 1 zaadcel kan binnen komen
  • Het bevructe eicel gaat zich al snel delen

Slide 7 - Tekstslide

De weg naar de baarmoeder
  • Terwijl het klompje cellen aan het delen is, beweegt het zicht voort naar de baarmoeder via de eileider.
  • dit duurt zo'n 5 tot 7 dagen
  • Het nestelt zich nu in de baarmoeder. De vrouw is nu zwanger

Slide 8 - Tekstslide

van de eierstokken , via de eierleider, naar de baarmoeder

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

De groei van het embryo

Slide 11 - Tekstslide

Het embryo en de moeder
De placenta
  • Een speciaal deel van de baarmoeder wand.  hier worden stoffen tussen de moeder en de baby uitgewisseld
De navelstreng
  • Hierdoor lopen  bloedvaten . De navelstrengslagader brengt  afvalstoffen van het embryo naar de placenta.
    De navelstrengaders brengen voedingsstoffen van de placenta naar het embryo
Het vruchtwater
  • werkt als stootkussen en tegen uitdroging

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Tweelingen
Eeneiig of tweeeiig hngt af van 1 of 2 rijpe eicellen
Eeneiig houdt in dat er bij de delingen een extra deling heeft plaatsgevonden waardoor er twee identieke embryo's ontstonden

Slide 16 - Tekstslide

Navelstreng
De navelstreng bevat bloedvaten van het kind
Twee zijn slagaders: van het hart naar de placenta
Deze slagaders halen zuurstof op en zijn zuurstofarm
Ook loopt er een ader door de navelstreng van de placenta naar het kind, deze brengt zuurstof

Slide 17 - Tekstslide

Vruchtvliezen
Het vocht zorgt voor bescherming
Zo droogt het kind niet uit
Het zorgt voor een constante temperatuur

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link