De Eerste Wereldoorlog

overzicht WO 1
1: Wie bij wie?
2: De oorzaken van de oorlog.
3: De oorlog. 
4: Nederland tijdens WO 1.
5: De vrede.
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

overzicht WO 1
1: Wie bij wie?
2: De oorzaken van de oorlog.
3: De oorlog. 
4: Nederland tijdens WO 1.
5: De vrede.

Slide 1 - Tekstslide

Geallieerden
Engeland
Frankrijk
Rusland
(later ook U.S.A.)
Centralen
Duitsland
Oostenrijk Hongarije
Turkse Rijk

Slide 2 - Tekstslide

Hoe kwam het tot deze oorlog?
1. Wapenwedloop
2. Nationalisme
3. Bondgenootschappen

Slide 3 - Tekstslide

oorzaak 1
wapenwedloop.

Als landen sterker willen zijn dan de ander.

Slide 4 - Tekstslide

oorzaak 2
nationalisme

Jouw eigen land is het belangrijkste en mag niet beledigd worden

Slide 5 - Tekstslide

oorzaak 3
Bondgenootschappen.

Landen hebben afspraken gemaakt om elkaar te helpen.

Slide 6 - Tekstslide

welke uitleg past het best bij wapenwedloop
A
Ik probeer een nieuw wapen uit te vinden, want we komen niet verder in de oorlog.
B
Ik wil de sterkste zijn. Daarom koop ik steeds meer wapens.
C
Mijn land is het beste en heeft het beste leger.
D
Mijn vrienden komen mij toch helpen.

Slide 7 - Quizvraag

Waardoor ontstond de Eerste Wereldoorlog?
A
Door de dood van Frans Ferdinand kreeg iedereen ruzie
B
Landen hadden afspraken gemaakt om elkaar te helpen
C
De landen hadden heel veel wapens. Het moest fout gaan.
D
Een nationale trots, samen met een sterk leger en bondgenoten.

Slide 8 - Quizvraag

NATIONALISME
WAPEN
WEDLOOP
BONDGENOOT
SCHAPPEN
eigen volk eerst
als ik maar sterker ben dan de ander
Jouw vijand is mijn vijand.

Slide 9 - Sleepvraag

De oorlog
Door nieuwe technieken en fabrieken was de oorlog heel anders als men toen gewend was.



Slide 10 - Tekstslide

1870
Frans-Duitse oorlog
1914
de eerste wereldoorlog

Slide 11 - Tekstslide

De oorlog:
-treinvervoer
-mitrailleur
-handgranaat
-vlammenwerper
-gifgas
-tank
-vliegtuig

Slide 12 - Tekstslide

De oorlog (2)
Dus ontzettend veel vernietiging, gewonden en doden.

Slide 13 - Tekstslide

Wat zijn de beste woorden om de Eerste Wereldoorlog te beschrijven?
A
Loopgraven, nieuwe wapens, veel doden .
B
Vliegtuigen, Tanks, Gifgas.
C
Trein en auto, maar ook postduif en paard,
D
Nieuwe wapens, veel land veroverd, veel doden.

Slide 14 - Quizvraag

Nederland tijdens de W.O. 1
-neutraal
-vluchtelingen
-mobilisatie

Slide 15 - Tekstslide

Nederland was Neutraal:
Je kiest geen partij.

Op deze manier probeerde Nederland uit de oorlog te blijven.
Met succes!

Slide 16 - Tekstslide

In Nederland kwamen  veel Vluchtelingen:
1.000.000. vluchtelingen.
Vooral Belgische burgers.


Maar ook Engelse, Duitse en Belgische soldaten die aan de oorlog wilden ontsnappen.

Slide 17 - Tekstslide

Wat betekent Neutraal
A
je leger op sterke maken.
B
je bent onpartijdig.
C
je bent tegen smokkelen.
D
Je vangt vluchtelingen op.

Slide 18 - Quizvraag

De vrede
welk land werd zwaar gestraft?
wat was die straf?
wat waren de gevolgen van die straf?

Slide 19 - Tekstslide

Welk land werd gestraft?


Duitsland

Slide 20 - Tekstslide

wat was die straf?



betalen
land afgeven
geen leger meer

Slide 21 - Tekstslide

gevolgen
werkloosheid, armoede

ontevreden en boze bevolking.
Politieke partij die anderen de schuld geeft wint verkiezingen

Nazi's (Hitlers partij)

Slide 22 - Tekstslide