5.3 Brand.

Klas binnenkomen
  • Ga rustig naar je plaats
  • Mobiel uit en in de tas
  • Je bent startklaar voor de les                        
  • Aandacht voor de docent
       (let op teken docent!)
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Klas binnenkomen
  • Ga rustig naar je plaats
  • Mobiel uit en in de tas
  • Je bent startklaar voor de les                        
  • Aandacht voor de docent
       (let op teken docent!)

Slide 1 - Tekstslide

Tijdens de les
  • Doe actief mee
  • stoor niet        
  • Bij vragen eerst je vinger opsteken          
  • Houd het lokaal netjes

Slide 2 - Tekstslide

4.3 Verbranding en het milieu

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
  1. Herhaling 
  2. Uitleg paragraaf 4.3 
  3. Zelfstandig werken  
   4. Afsluiting/Vragen 4.3

Slide 4 - Tekstslide

Vorige les

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen  
 
  • Je kunt voorbeelden geven van schadelijke stoffen voor het milieu die ontstaan bij verbranding. 
  • Je kunt uitleggen wat het versterkte broeikaseffect is. 
  • Je kunt uitleggen hoe een huis met een warmtepomp wordt verwarmd. 

Slide 6 - Tekstslide

Introductie
Je ziet regelmatig rook uit fabrieken of auto’s komen. Rook bevat stoffen die vrijkomen bij de verbranding van brandstoffen. Deze stoffen komen in de lucht terecht en kunnen schadelijk voor het milieu zijn.

Slide 7 - Tekstslide

Verbranding en het milieu 
Als een stof verbrandt, komt er warmte vrij. Deze warmte wordt op verschillende plekken gebruikt. Bijvoorbeeld: 
 
  • het verbranden van aardgas om je huis te verwarmen; 
  • het verbranden van aardgas om eten te bereiden; 
  • het verbranden van benzine in de motor van een scooter; 
  • het verbranden van gas of steenkool in een elektriciteitscentrale.

Slide 8 - Tekstslide

Het verbranden van stoffen kan dus erg handig en praktisch zijn. Maar bij verbranding komen ook stoffen vrij die schadelijk zijn voor het milieu. Bij verbranding kunnen bijvoorbeeld stikstofoxiden en zwaveloxiden vrijkomen. Stikstofoxiden en zwaveloxiden veroorzaken verzuring van regenwater en smog. Verzuurd regenwater doodt vissen, planten en insecten. Smog ontstaat op hete, zomerse dagen als er geen wind waait. De luchtvervuiling in grote steden wordt dan niet weggeblazen, maar blijft hangen. Vooral astmapatiënten hebben veel last van de smog .

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Opwarming van de aarde 
Op het nieuws hoor je vaak over broeikasgassen en de opwarming van de aarde. Broeikasgassen, zoals waterdamp, koolstofdioxide, methaan en ozon, komen van nature in de lucht voor en houden de warmte van de zon vast. Zonder deze broeikasgassen zou het op aarde gemiddeld 32 °C kouder zijn. Maar in de laatste 250 jaar zijn er veel meer broeikasgassen in de lucht gekomen. Dit komt door het verbranden van brandstoffen als steenkool, aardgas, benzine en diesel. Als deze brandstoffen verbranden, komt het broeikasgas koolstofdioxide vrij.

Slide 11 - Tekstslide

Dit zorgt ervoor dat er meer warmte wordt vastgehouden. Hierdoor is het klimaat op aarde de laatste 140 jaar geleidelijk opgewarmd. Dit effect wordt het versterkte broeikaseffect genoemd. De mens is de belangrijkste oorzaak van het versterkte broeikaseffect. Hierdoor stijgt de zeespiegel en wordt het weer op aarde extremer. Een deel van de aarde zal droger worden en een deel zal vaker te maken krijgen met wateroverlast.

Slide 12 - Tekstslide

Aardgasvrij wonen 
In Nederland willen we steeds minder aardgas gebruiken. Het gebruik van aardgas draagt namelijk bij aan het opwarmen van de aarde vanwege de koolstofdioxide die bij de verbranding vrijkomt. Daarnaast veroorzaakt het gebruik van gas aardbevingen in de gebieden waar het uit de grond wordt gehaald. 

Slide 13 - Tekstslide

Binnenkort mogen nieuw te bouwen woningen geen aardgas meer verbruiken. Deze woningen zijn aardgasvrij en worden bijvoorbeeld met behulp van warmtepompen verwarmd. Een warmtepomp is een milieuvriendelijk alternatief voor een cv-ketel. Warmtepompen zijn speciale apparaten die warmte uit de lucht of het grondwater (aardwarmte) kunnen halen .

Slide 14 - Tekstslide

Zelfstandig werken
  • Paragraaf 4.3 Verbanding (blz. 187 en het milieu doorlezen.
  • Maak opgaven 1 t/m 13 op p 190 t/m 192.
  • Klaar?  
  • Huiswerk opgaven 37 t/m 41 op p 117 & 118.
timer
15:00

Slide 15 - Tekstslide

Afsluiting
  • Je kunt voorbeelden geven van schadelijke stoffen voor het milieu die ontstaan bij verbranding.  
  • Je kunt uitleggen wat het versterkte broeikaseffect is.  
  • Je kunt uitleggen hoe een huis met een warmtepomp wordt verwarmd.  

Slide 16 - Tekstslide

klas verlaten
  • Je huiswerk is genoteerd
  • Je werkplek netjes achterlaten
  • De docent bepaalt wanneer    je kunt gaan
  • Je vertrekt rustig 

Slide 17 - Tekstslide