Thema 3 Blok 1 Olympische spelen

Grieken en Romeinen
Blok 1: De Olympische Spelen

 
1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
mens en maatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Grieken en Romeinen
Blok 1: De Olympische Spelen

 

Slide 1 - Tekstslide

Planning 
Les 1: Olympische spelen en Griekse goden + zelfstandig werken
Les 2: Werkvorm Griekse stadstaat en zelfstandig werken
Les 3: PO en zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je over de oude Grieken?

Slide 3 - Woordweb

Hoeveel ringen heeft het logo van de olympische spelen?
A
4
B
5
C
6
D
Ringen?

Slide 4 - Quizvraag

Hoeveel sporten zijn er nu bij de olympische spelen?
A
17
B
26
C
33
D
50

Slide 5 - Quizvraag

Om de hoeveel jaar zijn er nieuwe olympische spelen?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 6 - Quizvraag

Welke sportdiscipline is de basis van de olympische spelen?
A
Zwemmen
B
Roeien
C
Voetbal
D
Atletiek

Slide 7 - Quizvraag

Wat won je vroeger als je een wedstrijd gewonnen had?
A
Lauwerkrans
B
Medailles
C
Standbeeld
D
Geld

Slide 8 - Quizvraag

In welk jaar werden de winterspelen geïntroduceerd?
A
1000
B
1545
C
1815
D
1924

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Olympische spelen
  • Vanaf 776 v. Christus in de stad Olympia
  • Olympia was gebouwd ter ere van de goden
  • Religieus evenement ter ere van Zeus
  • Vaste rituelen zoals het offeren van ossen op altaren

Slide 14 - Tekstslide

Sporten
  • Hardlopen, discuswerpen, speerwerpen, verspringen en worstelen waren de basis
  • Later kwam ook boksen en wagenrennen erbij
  • Vrouwen mochten niet meedoen
  • Sporten gebeurde naakt

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Goden opdracht

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Griekse goden
  • Griekse goden zien er uit als mensen
  • Ze hebben menselijke eigenschappen (verliefd, boos, jaloers)
  • Ze hebben ook goddelijke eigenschappen (superkrachten, onsterfelijk)

Slide 20 - Tekstslide

Zeus 


  • God van de donder
  • Oppergod
  • Getrouwd met Hera, maar ging regelmatig vreemd!

  • Romeinse variant: Jupiter

Slide 21 - Tekstslide

Hera 
 

  • Godin van het huwelijk
  • Getrouwd met Zeus, maar dit was geen gelukkig huwelijk
  • Behalve zijn vrouw is ze ook zijn zus

  • Romeinse naam: Juno

Slide 22 - Tekstslide

Hefaistos

  • God van het vuur
  • Zoon van Zeus en Hera
  • Smid van de goden
  • Maakt de bliksem voor Zeus

  • Romeinse naam: Vulcanus

Slide 23 - Tekstslide


Ares

  • God van de oorlog
  • Zoon van Zeus en Hera
  • Gehaat bij alle goden


  • Romeinse naam: Mars

Slide 24 - Tekstslide


Poseidon

  • God van de zee
  • Broer van Zeus
  • Herkenbaar aan zijn drietand


  • Romeinse naam: Neptunus

Slide 25 - Tekstslide


Hades

  • God van de onderwereld
  • Broer van Zeus
  • Getrouwd met zijn nicht Persefone
  • Zijn driekoppige hellehond Cerberos bewaakte de onderwereld

  • Romeinse naam: Pluto

Slide 26 - Tekstslide


Afrodite

  • Godin van de liefde en de schoonheid
  • Geboren uit het schuim van de zee
  • Haar zoon heet Eros (Amor, Cupido)

  • Romeinse naam: Venus

Slide 27 - Tekstslide


Pallas Athena

  • Godin van de wijsheid en dapperheid
  • Dochter van Zeus
  • Geboren uit zijn hoofd
  • Ze wordt vaak afgebeeld met een uil

  • Romeinse naam: Minerva

Slide 28 - Tekstslide


Apollo

  • God van de zon en de muziek
  • Laat met zijn strijdwagen de zon opkomen
  • Tweelingbroer van Artemis

Slide 29 - Tekstslide


Artemis

  • Godin van de jacht en maan
  • Tweelingzus van Apollo


  • Romeinse naam: Diana

Slide 30 - Tekstslide

Aan de slag
Maken opdracht 1d, 2 t/m 5
Verdiepingsopdrachten 6 en 7

Ben je klaar?
Kijk je opdrachten na, werk verder, Quizlet oefenen
Kennen en kunnen samenvatten

Slide 31 - Tekstslide

Grieken en Romeinen
Blok 1: De Olympische Spelen

 

Slide 32 - Tekstslide

Monopolis
Bouw je eigen Griekse Stadstaat

Slide 33 - Tekstslide

Spelregels
Je krijgt steeds een klein stukje uitleg over een onderdeel
Daarna krijg je met je groepje de tijd om een opdracht uit te voeren
Je stadsstaat zal steeds meer vorm krijgen
Aan het einde weet je als het goed is hoe een Griekse stadsstaat in elkaar zit

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Griekse stadstaat
  • Griekenland was vroeger verdeeld in stadstaten (polis)
  • Een stadstaat is een stad met omliggende landbouwgrond
  • Iedere stadstaat had zijn eigen regels
  • Ligging was belangrijk (bereikbaarheid, landbouwgrond, verdediging)

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Waar ligt jullie Polis?
Overleg waar het best jullie stadstaat kan liggen. Zet een kruisje op de kaart om de plek aan te geven.

Bedenk ook een mooie Griekse naam voor jullie Polis
timer
5:00

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Agora: marktplein

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Kies een beschermgod
Elke stad had een beschermgod. Kies uit de Griekse goden de god die jullie polis zal beschermen.
Bedenk twee redenen waarom je voor deze god hebt gekozen en schrijf ze op
timer
5:00

Slide 42 - Tekstslide

Regeringsvorm
  • Iedere stadstaat had zijn eigen regeringsvorm
  • Monarchie, oligarchie, tirannie etc
  • Athene had de meest speciale vorm: democratie
  • Alle burgers in Athene mochten stemmen en meebeslissen
  • Hier is ons systeem op gebaseerd

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Video

Kies een staatsvorm
Vul met de groepje eerst het werkblad van staatsvormen in. Overleg daarna welke staatsvorm jullie in je polis willen hebben en leg deze keuze uit.
timer
10:00

Slide 46 - Tekstslide

Grieken als basis van de wereld
  • Grieken vonden wetenschap belangrijk
  • Dachten na over het leven, de natuur en het heelal
  • Bekende filosofen: Socrates, Plato
  • Ontwikkelde kaarten, omtrek van de aarde werd berekent
  • Stelling van Pythagoras

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Video

Ontstaansverhaal
Nu jullie alles weten over de Grieken, bedenk samen een kort ontstaansverhaal van jullie stadstaat.
timer
7:00

Slide 49 - Tekstslide

Aan de slag
Maken opdracht 8 t/m 14, 16 t/m 19

Ben je klaar?
Kijk je opdrachten na, werk verder, Quizlet oefenen
Kennen en kunnen samenvatten

Slide 50 - Tekstslide

Slide 51 - Video

Slide 52 - Link