landbouwoverschot: meer voedsel produceren dan zelf nodig
Verhandelen van overschot: graan, hout en wol
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisBasisschoolGroep 8
In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 90 min
Onderdelen in deze les
Handelen.
Nieuwe landbouwtechnieken: Halsjuk, ploeg.
landbouwoverschot: meer voedsel produceren dan zelf nodig
Verhandelen van overschot: graan, hout en wol
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Door welke uitvindingen nam de landbouwopbrengst toe?
A
Halsjuk, ontginnen en ontbossen.
B
Halsjuk, ijzeren ploeg en ontginnen.
C
Jukhals, ontginnen en houten ploeg.
D
Jukhals, ontbossen en ijzeren ploeg.
Slide 4 - Quizvraag
Er komen steden.
Slide 5 - Tekstslide
De landbouwopbrengst nam toe. Leg uit waarom dit ervoor heeft gezorgd dat er steden konden ontstaan.
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Handelen
De steden in de middeleeuwen ontstonden door de handel. Elke stad had een marktplein waar handel werd gedreven.
Sommige steden specialiseerden zich in een
bepaald soort product:
Lakenmarkt
Vismarkt
Slide 11 - Tekstslide
Steden en handel
Door drieslagstelsel + ontginnen kon de oogst stijgen
Er was meer voedsel --> bevolking stijgen + meer voedsel over om te ruilen
Voedsel ruilen --> kruispunten wegen + rivieren
Ook bij kloosters en kastelen
Daar ontstonden dorpjes met handelaren + ambachtslieden
Sommige groeiden uit tot steden
Slide 12 - Tekstslide
Waar ontstonden de eerste steden?
A
Langs de rivier.
B
In de buurt van het kasteel of klooster.
C
Bij drukke kruispunten van wegen.
D
Alle antwoorden zijn goed.
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
De Hanze
Slide 15 - Tekstslide
les 1
Doel: Ik weet wat de Hanze is en kan dit in eigen woorden uitleggen
Slide 16 - Tekstslide
Tekst lezen
Opdracht:
1. Je weet wat de Hanze is. Als je woorden of zinnen tegenkomt die dit aangeven arceer deze dan met een kleurtje.
2. Omcirkel in de in de tekst welke Hanzesteden er waren of waar de koggeschepen naar toe voeren?
Slide 17 - Tekstslide
verwerking
Teken een route op de kaart die een koggeschip afgelegd kan hebben. De heen en terugreis zijn niet hetzelfde. Teken met blauw de route heen en met rood de route terug.
+ opdracht. Teken op de kaart welke producten ze in welke steden of landen haalden. Je mag hiervoor een computer gebruiken.
Slide 18 - Tekstslide
De Hanze
Slide 19 - Tekstslide
Wat weet je nog over de Hanze?
Slide 20 - Woordweb
De Hanze
De Hanze is de naam voor de samenwerking tussen handelaren in Noord-West Europa.
Slide 21 - Tekstslide
De Hanze
De meeste steden hadden een plein, waarop markten werden gehouden.
De belangrijkste markt was de jaarmarkt, die een paar weken duurde.
Veel handelaren reisden van jaarmarkt naar jaarmarkt.
Een groep steden in Europa werkte samen om meer handel te krijgen.
Ze noemden hun vereniging de Hanze.
Dit is een plattegrond van Deventer, een van de Hanze-steden.
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Koggeschip
Het Koggeschip was een handelsschip en kon veel lading mee nemen. Dit was het belangrijkste schip dat de Hanzesteden gebruikten om over de Oostzee & de Noordzee te varen. Door de jaren heen hebben archeologen veel koggeschepen gevonden. Daarom hebben wij nu een goed beeld van deze schepen.
Slide 24 - Tekstslide
Voordelen Hanzeverbond
Goederen en handelaren werden beschermd.
Koggeschepen varen in groepen (veiligheid in een groep)
Handelaren van Hanzesteden hoefde geen tol of weinig tol (belasting) te betalen over het vervoeren van producten.
Afspraken werden gemaakt over de handel, bijvoorbeeld een vaste prijs. Iedereen verdient evenveel (geen concurrentie)
Gevolg: De Hanzesteden en handelaren verdienden veel geld.
Slide 25 - Tekstslide
Maak 3 vragen met antwoorden over de inhoud van het filmpje.
Slide 26 - Open vraag
Slide 27 - Video
Wat is de Hanze?
A
Samenwerking tussen handelaren.
B
Een middeleeuwse stad
C
Samenwerking tussen heren.
D
Vaarroute
Slide 28 - Quizvraag
Waarom was de Hanze opgericht?
Slide 29 - Open vraag
les 2
* Ik kan een boomdiagram maken bij een tekst.
Slide 30 - Tekstslide
boomdiagram
* schema
* kernwoorden
* manier van samenvatten
Slide 31 - Tekstslide
Tekst lezen ( 2e keer)
Opdracht:
groep 1: krijgt schema met kies uit woorden en tekst
Groep 2: krijgt schema en tekst
Groep 3: krijgt tekst en maakt schema.
Slide 32 - Tekstslide
Weet je het nog?
Waarom kan het bij sommige teksten handig zijn om een boomdiagram te maken?
Vertel aan je schoudermaatje wat je nog weet over de Hanze.
Slide 33 - Tekstslide
les 3
* Ik weet hoe de mensen in de tijd van de Hanze leefde.
* Ik kan een rollenspel spelen.
Slide 34 - Tekstslide
Sollicitatiegesprek
Aan de ene kant van de tafel zit een handelaar die graag lid wil worden van het Hanzeverbond en aan de andere kant een baas van het Hanzeverbond die nog wel wat goede leden kan gebruiken.
De ene groep kruipt in de huid van de handelaar.
De andere groep zijn de bazen van het Hanzeverbond.
Slide 35 - Tekstslide
Bazen van het Hanzeverbond
Bereidt je voor om een goed gesprek te kunnen voeren met de handelaar.
Wat maakt in jouw ogen een handelaar geschikt voor het verbond?
Wat heeft het Hanzeverbond de handelaren te bieden?
Slide 36 - Tekstslide
handelaren van het Hanzeverbond
De handelaren bereiden het gesprek voor en stellen zichzelf de volgende vragen: