In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Welkom
Lesson erbij
Tas van tafel
Boeken + notitiespullen pakken
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen vorige lessen
Ik kan een kruisingsschema van een kruising maken en daar daar conclusies uit trekken over P, F1 en F2 .
Je kent de termen intermediair en co-dominantie en kan deze toepassen in kruisingsschema's
Je leert hoe aandoeningen en ziektes overerven
Slide 2 - Tekstslide
Het kunnen rollen van je tong is afhankelijk van de aanwezigheid van een dominant gen.
Een zwangere moeder, die haar tong niet kan rollen, krijgt een kind met een vader die dit wel kan. Deze vader is heterozygoot voor deze eigenschap.
Hoe groot is de kans dat hun kind later kan tongrollen?
A
0%
B
25%
C
50%
D
100%
Slide 3 - Quizvraag
Bij een intermediair fenotype, heb je een rood en wit allel. Twee roze bloemen worden gekruist, hoe groot is de kans op weer roze bloemen?
Slide 4 - Open vraag
Noteer alle genotypen bij de bloedgroepen en geef daarachter aan welk fenotype daar bij hoort
Slide 5 - Open vraag
Herhaling. De kinderen van een man met bloedgroep O en een vrouw met bloedgroep AB kunnen de volgende bloedgroepen hebben.... (T1)
A
Alleen AB
B
Alleen A, B
C
Alleen A, B en AB
D
Zowel A, B, AB als O
Slide 6 - Quizvraag
Herhaling. De kinderen van een man met bloedgroep B en een vrouw met bloedgroep A kunnen de volgende bloedgroepen hebben.... (T2)
A
Alleen AB
B
Alleen A, B
C
Alleen A, B en AB
D
Zowel A, B, AB als O
Slide 7 - Quizvraag
Thalassemie is een zeer ernstige bloedziekte die het gevolg is van afwijkende rode bloedcellen. Rob is drager van het ziekmakende gen
Komt het gen voor thalassemie in alle gewone lichaamscellen van Rob voor? En in alle zaadcellen?
A
in alle gewone lichaamscellen en in alle zaadcellen
B
in alle gewone lichaamscellen en in de helft van de zaadcellen
C
in de helft van de gewone lichaamscellen en in alle zaadcellen
D
in de helft van de gewone lichaamscellen en in de helft van de zaadcellen
Slide 8 - Quizvraag
Thalassemie is een zeer ernstige bloedziekte die het gevolg is van afwijkende rode bloedcellen. Rob is drager van het ziekmakende gen
Is te bepalen of Thalassemie op het x-chromosoom ligt of niet
A
Ja, het ligt op het x-chromosoom
B
Ja, het ligt niet op het x-chromsoom
C
Dat is niet uit de tekst te halen
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Leerdoel deze les
Je leert hoe aandoeningen overerven en hoe je eigenschappen in een stamboom weergeeft.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Recessief of dominant?
Recessief of dominant?
Zoek een kind dat een ander fenotype heeft dan beide ouders. (Sem, Karin, Hans). Het kind moet homozygoot recessief zijn en de ouders heterozygoot (evt. drager). Dat houdt in dat het witte allel de dominante is en het rode allel de recessieve