Zinnen maken - voltooide tijd

Wat heb je in het weekend gedaan?
1 / 15
volgende
Slide 1: Open vraag
NT2MBOStudiejaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat heb je in het weekend gedaan?

Slide 1 - Open vraag

Voltooide tijd
                                                                                   wonen
1. Maak de ik-vorm   -------------------      ik woon
2. t of d? Softketchup laatste 
letter ik-vorm    ------------------------      n -> d
3. hebben of zijn?   --------------------      hebben
4 ge + ik-vorm + t/d     -----------------      ge+woon+d = gewoond
                               Ik heb in Hardenberg gewoond.

Slide 2 - Tekstslide

Uitzonderingen
Onregelmatig: krijgt een eigen vorm. Doen - gedaan, Schrijven - geschreven, Kopen - gekocht, Lopen - gelopen

Werkwoorden die beginnen met her-, ont-, ver-, be-, ge-
Herinneren - herinnerd, onthouden - onthouden, vergeten - vergeten, beginnen - begonnen, gebruiken - gebruikt
(herinneren en gebruiken zijn regelmatig) 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is de voltooide tijd van: schrijven, spreken, lezen, luisteren, hebben, zijn?

Slide 4 - Open vraag

Waar heb jij gewoond?

Slide 5 - Open vraag

Wat heb je vanmorgen gedaan?

Slide 6 - Open vraag

Fiets jij soms naar school?
Antwoord in de voltooide tijd (zijn)

Slide 7 - Open vraag

Werkte jij vroeger?
Antwoord in de voltooide tijd (hebben)

Slide 8 - Open vraag

Wat heb je vanmorgen gedaan?

Slide 9 - Open vraag

Wat koop jij op de markt?
Antwoord in de voltooide tijd (hebben)

Slide 10 - Open vraag

Wat at (eten) jij gisteren?
Antwoord in de voltooide tijd (hebben)

Slide 11 - Open vraag

Maak een zin met: wandelen
(regelmatig - hebben)

Slide 12 - Open vraag

Maak een zin met zitten
(onregelmatig - hebben)

Slide 13 - Open vraag

Huiswerk
Vergeet niet: 
Opdracht op Teams
Voor zondag 14/3 maken.

Slide 14 - Tekstslide

Volgende les
De volgende les gaan we oefenen met zinnen maken in de verleden tijd.

Slide 15 - Tekstslide