spelling opdr 19 tm 22

spelling blok 5
- bezitsvorm
- cijfers en getallen
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

spelling blok 5
- bezitsvorm
- cijfers en getallen

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Na deze les: 
- kun je de bezitsvorm op de juiste manier spellen
- weet je hoe je cijfers en getallen op de juiste manier moet spellen. 

Slide 2 - Tekstslide

Uitleg bezitsvormen
In plaats van de schoenen van mijn vader kan je ook zeggen mijn vaders schoenen.
  • Een bezitsvorm geeft aan van wie iets is.
  • Een bezitsvorm van een zelfstandig naamwoord maak je meestal door er een -s  achter te zetten (van mijn vader > mijn vaders).

Slide 3 - Tekstslide

bezitsvorm 
De schoenen van mijn vader




mijn vaders schoenen
(bezitsvorm) 

Slide 4 - Tekstslide

Bezitsvorm -s of -'s
De -S moet ALTIJD vast, BEHALVE als dat de uitspraak verkeerd maakt.

Dit geldt zowel voor de meervoudsvorm als voor de bezitsvorm.

Slide 5 - Tekstslide

Bezitsvorm en meervoud -y en -ey
  •  Meervoud -y:              -'s (lolly's, baby's)
  • Bezitsvorm -y:             - 's (Mandy's tas)
  • Meervoud -ey:             -s (smileys)
  • Bezitsvorm -ey            -s (Wesleys gameverslaving)

Slide 6 - Tekstslide

maak een bezitsvorm
De jas van Els

Slide 7 - Open vraag

Maak een bezitsvorm:
het horloge van Sam

Slide 8 - Open vraag

maak een bezitsvorm
de brief van Hugo

Slide 9 - Open vraag

maak een bezitsvorm
de gouden plaat van Maan

Slide 10 - Open vraag

Maak een bezitsvorm
De laptop van Lukas

Slide 11 - Open vraag

Maak een bezitsvorm:
de telefoon van mijn broer

Slide 12 - Open vraag

cijfers en getallen
schrijf je over het algemeen 
VOLUIT


Er zijn uitzonderingen! 

Slide 13 - Tekstslide

Cijfers
* maten en gewichten
Kees weegt 51 kilo. 

* voor woordjes als procent, graden, kilometer, euro, schrijf je ook een getal:
50 procent, 175 graden, 80 kilometer. 

tekens als €, %, kg of cm schrijf je altijd voluit:
50 procent, 80 kilogram 

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk

Maak opdracht 19 tm 22
blz 240- 242

Slide 15 - Tekstslide