11.7 Gemengde opgaven HV

Weet je het nog?
  1. Schrijf korter y = 9x  x² + x²
  2. Gegeven is de formule y= x² -4x. Het punt (-3,b) ligt op de de grafiek. Bereken b.
  3. Stel de formule op die hoort bij opgave T1a (blz. 200).
  4. Teken de grafiek bij de formule y= x² - 1/2 x


timer
10:00
Heb je bovenstaande af, kijk of je alles gemaakt, nagekeken en opnieuw gemaakt hebt (bij fouten) tot nu toe. Zo niet, dan weet je wat je kunt doen! Zo ja, vraag mij even.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Weet je het nog?
  1. Schrijf korter y = 9x  x² + x²
  2. Gegeven is de formule y= x² -4x. Het punt (-3,b) ligt op de de grafiek. Bereken b.
  3. Stel de formule op die hoort bij opgave T1a (blz. 200).
  4. Teken de grafiek bij de formule y= x² - 1/2 x


timer
10:00
Heb je bovenstaande af, kijk of je alles gemaakt, nagekeken en opnieuw gemaakt hebt (bij fouten) tot nu toe. Zo niet, dan weet je wat je kunt doen! Zo ja, vraag mij even.

Slide 1 - Tekstslide

Programma       
  • Voorkennis
  • Terugblik huiswerk
  • Lesdoelen
  • Hoofdstuk doorlopen
  • Aan de slag 
  • Afsluiting 

Slide 2 - Tekstslide

Vragen over het huiswerk?
12.1 t/m 12.6

Slide 3 - Woordweb

Lesdoel

Aan het eind van deze les weet je welke onderdelen je nog extra behoort te oefenen voor het proefwerk.




Slide 4 - Tekstslide

Machten

Slide 5 - Tekstslide

12.6 Machten
                is een vermenigvuldiging van vier gelijk factoren
je kunt het korter schrijven als:                       .


Uitspraak 
"twee tot de vierde"  of  "twee tot de macht vier"








2222=24
2222

Slide 6 - Tekstslide

12.6 Machten vermenigvuldigen
Dit kan alleen als het grondtal hetzelfde is!

a × a = a²
a² × a³ = a×a × a×a×a = a² ⁺ ³ = a⁵
a² × b³ = a² b³ 
a2b3=a2b3

Slide 7 - Tekstslide

12.6 Machten vermenigvuldigen
Dit kan alleen als het grondtal hetzelfde is!

a × a = a²
a² × a³ = a×a × a×a×a = a² ⁺ ³ = a⁵
a² × b³ = a² b³ 
a2b3=a2b3
Rekenregel:
De exponenten tel je bij elkaar op.
abac=ab+c

Slide 8 - Tekstslide


5b3+2b3=
A
7b6
B
7b3
C
10b9
D
7b9

Slide 9 - Quizvraag

12.6 Machten optellen en aftrekken
De machten moeten hierbij hetzelfde zijn, dus zowel het grondtal als het exponent    
                                        


a+a=2a
a2+a2=2a2
6a3+2a3=8a3
a+b
a2+a3
De exponent is niet hetzelfde.
Het gondtal is niet hetzelfde.

Slide 10 - Tekstslide

12.4 Lineaire formules
Een lineaire formule heeft altijd de vorm:

De b is de beginwaarde (begingetal). Snijpunt met de verticale as.
De a is de stapgrootte. Wat gebeurt er als je een
stap opzij gaat?
 

De grafiek van een lineaire formule is een rechte lijn.



a > 0  stijgende lijn
a = 0  horizontale lijn
a < 0  dalende lijn
 y = a x + b

Slide 11 - Tekstslide

12.4 Lineaire formules opstellen
Stap 1        Noteer de standaardvorm: 
                y = a x + b 
Stap 2       Bereken het stapgrootte (a).
Stap 3       Lees de beginwaarde (b) af.
Stap 4       Noteer de lineaire formule.

   


  1. Aflezen. De grafiek stijgt of daalt ... per stap.
  2. Bereken (maak een tabel met twee roosterpunten)
Snijpunt met de y-as (verticale as)
x= 0 geeft y = ...

Slide 12 - Tekstslide

12.5 Kwadratische formule
Standaard vorm:   

De grafiek bij een kwadratische formule noemen we een parabool
De waarde van het getal (a) voor de x² geeft aan of het een dal of bergparabool wordt.

a < 0   bergparabool 
a > 0   dalparabool
 y = a x² + b

Slide 13 - Tekstslide

12.5 Kwadratische formule
Standaard vorm:   

Stappenplan (grafiek tekenen)
Stap 1   Formule noteren.
Stap 2  Tabel tekenen (altijd meer dan 5 kolommen
Stap 3  Assenstelsel tekenen met de grafiek.

 y = ax² + b

Slide 14 - Tekstslide

Tabel bij een formule tekenen 
Stap 1   Noteer de formule in je schrift.
Stap 2  Teken een tabel met potlood en geodriehoek.

Stap 3  Zet bij de bovenste rij de hetgeen die je invult in de formule.
Stap 4  Zet bij de onderste rij hetgeen je wilt berekenen met de formule.

Stap 5  Noteer in de bovenste rij de getallen die je wilt invullen in de formule.
Stap 6  Vul de getallen in de formule in en bereken. 
           Noteer de uitkomst in de onderste rij van je tabel.
hetgeen
Dit is de grootheid met de bijbehorende eenheden.

Slide 15 - Tekstslide

Grafiek bij een formule tekenen
Stap 1   Noteer de formule in je schrift.
Stap 2  Teken een tabel bij de formule (zie stappenplan tabel tekenen).

Stap 3   Stapgrootte assen bepalen, gebruik eventueel een zaagtand.
Stap 4   Assen benoemen (Waar gaat het over? grootheden/eenheden).

Stap 5   Punten uit de tabel in het assenstelsel tekenen.
Stap 6   Verbind de punten met elkaar. Je tekent nu de grafiek.

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag

Maak: paragraaf 12.6 (eigen leerroute)

Kijk je werk goed na met een andere kleur en 

verbeter je fouten!







Je gaat rustig aan het werk!
Je mag met muziek en oortjes werken, 
let op dat de muziek niet te hard staat. 
  • Oortjes in? Mond op slot! 
  • Afspeellijst aan, iPad/telefoon omgedraaid op tafel!
Heb je een vraag? Lees je aantekeningen van zonet nog eens door en/of overleg op fluistertoon vóór je je vinger opsteekt. 

Slide 17 - Tekstslide

R (reproductie) en
T1 (toepassen in bekende situatie)
Aan de slag


T2 (toepassen in een nieuwe situatie) 
en I (inzicht)
Uitdagende opgaven (theorieboek)
Test jezelf (theorieboek)
Oefentoets (werkboek & digitaal)
Je gaat rustig aan het werk!
Je mag met muziek en oortjes werken, 
let op dat de muziek niet te hard staat. 
  • Oortjes in? Mond op slot! 
  • Afspeellijst aan, Ipad omgedraaid op tafel!
Heb je een vraag: Lees je aantekeningen door, lees de blauwe vakjes en/of overleg op 
fluistertoon vóór je je vinger opsteekt. 


timer
10:00
Alle gemaakte opgaven bestuderen
Samenvatting (werkboek en theorieboek)
Extra oefening & overgeslagen opgaven (theorieboek)

Slide 18 - Tekstslide


Noteer 1 vraag die je nog
wilt stellen 
of een opgave die je lastig vindt.

Slide 19 - Open vraag


Noteer 2 dingen die je tijdens 
deze les hebt geleerd.

Slide 20 - Open vraag