Argumenteren deel 2 Fashion

Argumenteren deel 2
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Argumenteren deel 2

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les: 5 drogredenen
Generalisatie
Verkeerde vergelijking
Onjuiste oorzaak/gevolgrelatie
Onjuist beroep op autoriteit
Cirkelredenering

Slide 2 - Tekstslide

Typ hier een generalisatie:

Slide 3 - Open vraag

Ik vind dat de directeur meteen mijn mail moet beantwoorden, want ik ben ook gewoon op zondag bezig met school.
A
Dit is een generalisatie.
B
Dit is een verkeerde vergelijking.
C
Dit is een onjuiste oorzaak/gevolgrelatie.
D
Dit is een cirkelredenering.

Slide 4 - Quizvraag

Volgens speelgoedfabrikant Mattell bestaat een depressie niet, iemand heeft dan gewoon te weinig gespeeld met Barbies.
Doordat zij zoveel met Barbies heeft gespeeld vroeger heeft ze nu zulke rare denkbeelden over vrouwen.
Onjuiste oorzaak/gevolgrelatie
Onjuist beroep op autoriteit

Slide 5 - Sleepvraag

Mooie mensen krijgen meer kansen in het leven dan lelijke mensen, omdat ze overal worden voorgetrokken doordat ze zo aantrekkelijk zijn.
A
Dit is een cirkelredenering.
B
Dit is geen cirkelredenering.

Slide 6 - Quizvraag

5 nieuwe drogredenen:
Vals dilemma
Persoonlijke aanval
Ontduiken van de bewijslast
Bespelen van het publiek
Beroep op traditie


Slide 7 - Tekstslide

Vals dilemma
Je doet alsof er maar 2 keuzes mogelijk zijn, terwijl dat in werkelijkheid niet zo is.

 
Voorbeeld: "Lever je je portfolio-opdrachten weer niet in? Nu zal je je diploma niet halen en de rest van je leven vakken in een kartonnen doos achter het station moeten wonen."

Slide 8 - Tekstslide

Maak de zin af zodat het een vals dilemma wordt:

Niemand weet hoe de stenen bij Stonehenge op hun plek zijn gekomen, ...
A
de wetenschap staat dus voor een raadsel.
B
het moeten dus wel aliens geweest zijn.

Slide 9 - Quizvraag

Persoonlijke aanval
Iemand persoonlijk belachelijk maken, terwijl je geen goed argument hebt.
Voorbeeld: "Wat weet iemand die zulke kleding aantrekt nou van mode?"
"Jij hebt zelf nooit een relatie gehad, dus je kan helemaal niet zeggen dat mijn Donny een fout vriendje is."

Slide 10 - Tekstslide

Geef hier een voorbeeld van een persoonlijke aanval gebruikt als drogreden.

Slide 11 - Open vraag

Ontduiken van de bewijslast
Er wordt gedaan alsof jouw argument een algemene waarheid is waar geen bewijs voor nodig is: 
"Iedereen weet toch dat je vrouwen niet kan vertrouwen?"
of:
Je tegenstander moet het maar bewijzen: 
"Geef me één goede reden waarom ik nog naar de lessen zou gaan?!"

Slide 12 - Tekstslide

Bespelen van het publiek
Je publiek zal niet snel tegen je redenering in durven te gaan, omdat ze zichzelf dan negatief neerzetten:
" Jullie zijn natuurlijk allemaal slim genoeg om mijn standpunt te begrijpen!"
"Als intelligente mensen onder elkaar weten jullie natuurlijk wel dat BBB stemmen geen goed idee is."

Slide 13 - Tekstslide

"Dit weet iedereen, dat hoef ik niet uit te leggen."
A
Dit is het bespelen van het publiek.
B
Dit is het ontduiken van de bewijslast.

Slide 14 - Quizvraag

Jullie zijn mijn favoriete, meest intelligente klas, dus het antwoord op deze vraag hoef ik jullie niet uit te leggen.
A
Dit is het bespelen van het publiek.
B
Dit is het ontduiken van de bewijslast.

Slide 15 - Quizvraag

Beroep op traditie
'Argumentum ad antiquitatum'
Iets is een argument omdat het al zo lang bestaat:
"Vrouwen horen in de keuken, want zij hebben al eeuwenlang de verzorgende rol in het gezin gehad."

Slide 16 - Tekstslide

De vrouw moet dienstbaar zijn aan de man, dat staat zo in de bijbel.
A
Dit is een beroep op traditie
B
Dit is een generalisatie
C
Dit is het bespelen van het publiek
D
Dit is een vals dilemma

Slide 17 - Quizvraag

Maak af met een beroep op traditie: "Zwarte Piet moet zwart blijven ..."

Slide 18 - Open vraag

Maak af met een cirkelredenering: "Zwarte Piet moet zwart blijven ..."

Slide 19 - Open vraag

Maak af met een onjuist beroep op autoriteit: "Zwarte Piet moet zwart blijven ..."

Slide 20 - Open vraag

Maak af met het bespelen van het publiek: "Zwarte Piet moet zwart blijven ..."

Slide 21 - Open vraag

Eindstand

Slide 22 - Tekstslide

Oefeningen Drogredenen
Maken in groepjes van 2 of 3

Slide 23 - Tekstslide

Het Examen Gesprekken is in tweetallen
Als je weet met wie je een duo wilt vormen: geef het deze week door aan mij, dan houd ik daar rekening mee met de indeling.

Slide 24 - Tekstslide