Par. 5: De celkern

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Basisstof 5: De celkern

DNA, chromosomen en genen

Celkern

De celkern is het regelcentrum van de cel. Hierin liggen de chromosomen: langgerekte dunne draden met de erfelijke informatie.

Alleen in delende cellen zijn de chromosomen zichtbaar.

Celkern

Een DNA-streng rolt zich op en vormt een chromosoom. Er zijn 46 chromosomen in onze cellen.

• Stukken DNA coderen voor een erfelijke eigenschap, dit wordt een gen genoemd
• De code is geschreven in 4 letters (de basen): A, T, G en C
  

Genen

In elke lichaamscel zijn alle genen aanwezig.

Maar elke cel heeft maar bepaalde genen nodig. De andere genen staan uit (ze zijn dus niet actief).

Wat is de functie van de celkern?

1. Zorgt voor de stevigheid van een cel
2. Regelcentrum van een cel
3. Geeft voeding aan een cel
4. Zorgt voor de vorm van een cel

Het aantal genen in een zenuwcel is hetzelfde als het aantal genen in een darmcel in dezelfde persoon.

1. juist
2. onjuist
3. dit is niet met zekerheid te zeggen

Een menselijke lichaamscel bevat:

1. 64 chromosomen
2. 46 chromosomen
3. 64 genen
4. 46 genen

Een chromosoom bestaat uit:

1. cellen
2. eigenschappen
3. DNA
4. kernplasma

Een chromosoom is alleen zichtbaar met een lichtmicroscoop als

1. de cel zich deelt
2. de cel in rust is
3. de cel dood is
4. de cel niets doet

Het aantal genen dat actief is in een cel kan met de leeftijd veranderen.

1. juist
2. onjuist