A3H1 - De Eerste Wereldoorlog (afsluiting)

3H1 - De Eerste Wereldoorlog (H1)
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

3H1 - De Eerste Wereldoorlog (H1)

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een voorbeeld van
een modern massamedium?
A
De krant
B
De radio
C
De spotprent
D
Het boek

Slide 2 - Quizvraag

De vrije, stedelijke omgeving was gunstig voor de emancipatie van vrouwen. Leg dit uit.

Slide 3 - Open vraag

Mijn antwoord:
De moderne (groot)stad had op meerdere manieren een gunstige uitwerking op vrouwenemancipatie. Ten eerste genoten alle stedelingen, dus ook vrouwen, meer anonimiteit in de stad en zodoende konden zij gemakkelijker hun eigen gang gaan. Zo konden zij zich ook eenvoudiger organiseren om bijv. voor vrouwenkiesrecht te strijden (en dankzij massamedia verspreidden politiek-maatschappelijke ideeën, zoals feministische ideeën, zich sneller). Ten tweede konden vrouwen in de stad gemakkelijker aan werk komen, bijv. als telefoniste of typiste.

Slide 4 - Tekstslide

De ontkerkelijking was rond 1910 op haar hoogtepunt.
Eens
Oneens

Slide 5 - Poll

Welke uitspraak over modern imperialisme is niet waar? Modern imperialisme..
A
..draaide uit op meer Europese samenwerking.
B
..was het streven van Europese (groot)machten naar een wereldrijk.
C
..leidde tot het stichten van koloniën in vooral Afrika en Azië.
D
..zorgde voor spanningen in Europa.

Slide 6 - Quizvraag

Wanneer werd het Duitse Keizerrijk uitgeroepen?
A
1815
B
1848
C
1871
D
1900

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Het nieuwe, verenigde Duitsland zorgde voor nieuwe spanningen in Europa. Noem twee redenen hiervoor.

Slide 9 - Open vraag

Mijn antwoord:
Ten eerste had het Duitse Keizerrijk Elzas-Lotharingen ingenomen na het verslaan van Frankrijk in de Frans-Duitse Oorlog van 1870-1871. Dit tussen Duitsland en Frankrijk gelegen (berg)gebied met veel industrie en mijnbouw behoorde lang tot Frankrijk. De Fransen waren hier erg verbolgen over. Ten tweede probeerde het nieuwe Duitsland internationaal meer mee te tellen via modern imperialisme. Om succesvol te zijn, begonnen de Duitsers aan het bouwen van een grote oorlogsvloot. Dit leidde tot spanningen met Groot-Brittannië. 

Slide 10 - Tekstslide

Oostenrijk-Hongarije lijfde in 1908 het Balkanstaatje Bosnië in. Servië en Rusland waren woedend. Waarom?

Slide 11 - Open vraag

Mijn antwoord:
Bosnië had, net als grote delen van de Balkan, lang tot het Ottomaanse Rijk  behoord. Dat rijk raakte verzwakt en in de tweede helft van de negentiende eeuw kregen Balkanvolkeren zoals de Serven een eigen staat. Veel Europese landen vreesden echter dat de Ottomanen opnieuw machtig zouden worden. Rusland probeerde haar invloed op de Balkan te vergroten en steunde onder meer de Balkanstaat Servië. De Serviërs vonden dat het naburige Bosnië bij hun land hoorde. Oostenrijk-Hongarije lijfde Bosnië echter plotseling in. Dit zorgde voor spanningen tussen Oostenrijk-Hongarije en Rusland (en Servië).

Slide 12 - Tekstslide

Eén van de oorzaken van de Eerste Wereldoorlog is het sluiten van bondgenootschappen. Geef een voorbeeld van zo'n bondgenootschap.

Slide 13 - Open vraag

Mijn antwoord:
De twee belangrijkste bondgenootschappen waren de centralen (onder meer het Duitse Keizerrijk, Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk) en de geallieerden (onder meer Groot-Brittannië, Frankrijk en Rusland).

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Maak de juiste WO1-combi's!
Tanks, vliegtuigen en gifgas
Loopgravenstrijd
Beïnvloeding bevolking
Nieuw wapentuig
Propaganda
Uitputtingsslag

Slide 16 - Sleepvraag

Slide 17 - Video

Wat was geen bepaling van het Verdrag van Versailles (1919)?
A
Duitsland was de hoofd-schuldige van de oorlog
B
Duitsland moest herstelbetalingen doen
C
Duitsland werd opgedeeld in kleine staatjes
D
Duitsland mocht alleen nog een klein leger hebben

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

In Italië kwam het fascisme op. Wat was geen onderdeel van deze ideologie?
A
Nationalisme
B
Individualisme
C
Totalitarisme
D
Militarisme

Slide 20 - Quizvraag

Proefwerktips
1. Lees de paragrafen van H1 (1 t/m 4) zorgvuldig door (markeer belangrijke zinnen en zinsdelen, maak samenvattingen etc.). 
2. Bestudeer de leerdoelen, belangrijke jaartallen en begrippen in de paragraaf 'Afsluiting'.
3. Laat je overhoren!
4. Ga nog eens door de gemaakte huiswerkopdrachten en de Test Jezelf (of maak deze).
5. Neem de PowerPoints en LessonUp door (bestanden staan op Teams en de Studiewijzer op Magister).
6. Maak geen nachtwerk van het leren en zorg dat je donderdagochtend uitgerust aan de toets begint.
7. Heb je nog vragen? Stuur me een berichtje op Teams of via Magister!




Slide 21 - Tekstslide