Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
TW3 h2 hfst 4 en 5 sj2425
1 / 42
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
42 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Toetsweek 3
In ELO:
-leerstof
-leerdoelen
-woordenlijst
-Powerpoint
-kennisclips
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Je kunt controleren of het klopt.
Het kan waar of niet waar zijn.
Dit is een...
A
mening
B
feit
C
argument
D
standpunt
Slide 4 - Quizvraag
omdat, namelijk, want, immers
Aan deze woorden herken je een...
A
mening
B
feit
C
argument
D
standpunt
Slide 5 - Quizvraag
In deze bron staan
feiten/meningen
A
feiten
B
meningen
Slide 6 - Quizvraag
De laatste zin:
feit, mening of
argument?
A
feit
B
mening
C
argument
Slide 7 - Quizvraag
Feit, mening
of argument?
A
Feit
B
Mening
C
Argument
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Wat is geen telwoord?
A
zevenentwintig
B
niemand
C
vele
D
miljoenste
Slide 10 - Quizvraag
Wat is geen telwoord?
A
eerste
B
meeste
C
kleinste
D
laatste
Slide 11 - Quizvraag
Twintig leerlingen uit de brugklas hebben het zevende uur niet veel zin meer in school.
twintig is een...
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 12 - Quizvraag
Twintig leerlingen uit de brugklas hebben het zevende uur niet veel zin meer in school.
veel is een...
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 13 - Quizvraag
Twintig leerlingen uit de brugklas hebben het zevende uur niet veel zin meer in school.
zevende is een...
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Wat is geen samenstelling?
A
Voetbal
B
Gebak
C
speelplein
D
Handdoek
Slide 16 - Quizvraag
Welk woord is juist gespeld?
A
rijstepap
B
rijstenpap
Slide 17 - Quizvraag
Welk woord is juist gespeld?
A
groentenwinkel
B
groentewinkel
Slide 18 - Quizvraag
Welk woord is juist gespeld?
A
beresterk
B
berensterk
Slide 19 - Quizvraag
Welk woord is juist gespeld?
A
bioscoopstoel
B
bioscoopsstoel
Slide 20 - Quizvraag
Werk woord is juist gespeld?
A
koninginnesoep
B
koninginnensoep
Slide 21 - Quizvraag
Welk woord is juist gespeld?
A
pannenkoek
B
pannekoek
Slide 22 - Quizvraag
Welk woord is juist gespeld?
A
vissekom
B
vissenkom
Slide 23 - Quizvraag
Welk woord is juist gespeld?
A
zonnebril
B
zonnenbril
Slide 24 - Quizvraag
Slide 25 - Tekstslide
Maak de uitdrukking compleet.
boe noch [...]
Slide 26 - Open vraag
Maak de uitdrukking compleet.
Alles is in [...] en kruiken
Slide 27 - Open vraag
Maak de uitdrukking compleet.
tegen heug en [...]
Slide 28 - Open vraag
Maak de uitdrukking compleet.
van top tot [...]
Slide 29 - Open vraag
Maak de uitdrukking compleet.
hoog en [...]
Slide 30 - Open vraag
Wat betekent het woord?
logo
A
reclame
B
afbeelding
C
teken
D
beeldmerk
Slide 31 - Quizvraag
Wat betekent het woord?
trend
A
reclame
B
mode
C
product
D
succes
Slide 32 - Quizvraag
Wat betekent het woord?
comfortabel
A
modieus
B
modern
C
prettig
D
ouderwets
Slide 33 - Quizvraag
Wat betekent het woord?
potentiële
A
mogelijke
B
moeilijke
C
verschillende
D
actuele
Slide 34 - Quizvraag
Wat betekent het woord?
patent
A
meel
B
monopolie
C
aandachtig
D
aardig
Slide 35 - Quizvraag
Slide 36 - Tekstslide
Harm ...(proberen) gisteren een ollie te maken met zijn skateboard.
A
probeert
B
probeerdde
C
probeerde
D
probeerden
Slide 37 - Quizvraag
Hij ...(verwonden) zichzelf en moest naar de dokter voor een hechting.
A
verwondt
B
verwondde
C
verwonde
D
verwonden
Slide 38 - Quizvraag
Twee dokters ...(hechten) samen de knie van Harm met naald en draad.
A
hechtte
B
hechte
C
hechten
D
hechtten
Slide 39 - Quizvraag
Harm moest zijn ... (beschadigen) knie een dag niet belasten.
A
beschaadigde
B
beschadigden
C
beschaadigden
D
beschadigde
Slide 40 - Quizvraag
Wat telt mee als taalfout op je toets?
A
hoofdletter vergeten
B
geen puntjes op de ij schrijven
C
geen punt aan het einde van de zin schrijven
D
een spellingsfout
Slide 41 - Quizvraag
Slide 42 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
TW3 h2 hfst 4 herhalen
March 2023
- Les met
31 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Herhalingsles Nederlands 4
January 2021
- Les met
34 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
V2 NN7 §8 Telwoord
March 2020
- Les met
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Hoofdstuk 4
April 2021
- Les met
27 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Zaterdag 18 mei 2024 - herhaling spelling en werkwoordspelling
May 2024
- Les met
38 slides
Nederlands
Secondary Education
Rangtelwoorden
November 2021
- Les met
14 slides
Engels
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1
3Ha - herhaling woordenschat + spelling
November 2022
- Les met
42 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
V2 NN6 H3 Telwoorden
January 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2