7. Vlees, vis en kip

Les keukenassistent
Vlees, vis en kip
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
HorecaVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 5

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Les keukenassistent
Vlees, vis en kip

Slide 1 - Tekstslide

Groenten
Eerst even terugblikken naar vorige week..

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik
  • Hoe ik groenten kan indelen in categorieën.
  • Hoe ik groenten kan herkennen aan hun uiterlijk.
  • Hoe ik groenten op de juiste manier kan bewaren.
  • Hoe ik groenten kan bereiden, zoals koken, bakken of stomen.

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen deze week
Aan het einde van deze les weet ik:

  • Van welk dier komt het vlees
  • Waar zit dat vlees bij het dier
  • Ken je vissoorten
  • Kwaliteit herkennen
  • Bereidingsmanieren

Slide 4 - Tekstslide

Vis:

  • Vis leeft in zout (zeeën) of zoet water (rivieren of meren)
  • Wat is het verschil tussen schaal en schelpdieren?
  • Vis is vers-diepvries-of bereid te koop.
  • Hoe herken ik of de vis een goede kwaliteit heeft?
Vis

Slide 5 - Tekstslide

Zoet water vissen:

Leven in rivieren of meren.
voorbeelden:
Paling, forel, baars

Zout water vissen:

Leven in zee of oceaan.
voorbeelden:
Schol, zalm, kabeljauw, griet, zeebaars, Tong, Makreel, Wijting enzovoort.

Slide 6 - Tekstslide

Zoet water vissen:

Leven in rivieren of meren.
voorbeelden:
Paling, forel, baars

Zout water vissen:

Leven in zee of oceaan.
voorbeelden:
Schol, zalm, kabeljauw, griet, zeebaars, Tong, Makreel, Wijting enzovoort.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Wat ga je dit hoofdstuk leren?
  1. Hoe t fruit groeit 
  2. Hoe het er uitziet
  3. Indeling van fruitsoorten
  4. fruit = vruchten
  5. Waar gebruik je het voor.

Slide 9 - Tekstslide

Indeling van fruit:
  1. Hard fruit (= dunne schil, boom)
  2. Steen fruit(=pit)
  3. Zacht fruit (Trosjes)
  4. Citrus fruit (=leerachtige schil, boom struik)
  5. Tropisch fruit(=tropisch, subtropisch, veel zon) 

Slide 10 - Tekstslide

Hard fruit
  • Veel in Nederland
  • dunne schil, boom
  • voorbeelden:
  • Appels 
  • Peren 

Slide 11 - Tekstslide

Steen fruit
  • = harde pit aan binnenkant
  • voorbeelden;
  • Perzik
  • Pruimen
  • Kersen
  • Olijven 

Slide 12 - Tekstslide

Zacht fruit
  • Vaak trosjes aan plant of struik
  • Snel beschadigd of bederf
  • voorbeelden:
  • Aardbei
  • Druif
  • Bosbes
  • Framboos
  • Meloen 

Slide 13 - Tekstslide

Citrus fruit
  • groeit aan boom of struik
  • leerachtige schil
  • Frisse geur en smaak
  • Voorbeelden:
  • Sinaasappel
  • Limoen
  • Grapefruit
  • Mandarijn
  • Citroen 

Slide 14 - Tekstslide

Tropisch fruit
  • Tropisch of subtropisch klimaat
  • Veel zon, hoge temperatuur
  • voorbeelden:
  • Ananas
  • Avocado
  • Mango
  • Banaan
  • Kokosnoot
  • Kiwi 

Slide 15 - Tekstslide

Video: leuke manieren fruit snijden

Slide 16 - Tekstslide

Einde hoofdstuk 6
Fruit

Slide 17 - Tekstslide