1. Je kunt het verschil uitleggen tussen een benzinemotor en een elektromotor.
2. Je kunt berekeningen maken met het verband tussen vermogen, spanning en stroomsterkte.
3. Je kunt berekeningen maken met het verband tussen energie, vermogen en tijd.
4. Je kunt berekenen hoe lang een apparaat op een accu kan werken.
+ Je kunt uitleggen hoe je zonnepanelen moet schakelen zodat ze een grote stroomsterkte en een grote spanning leveren.