werkwoordspelling

werkwoordspelling
Hoe zit het ook alweer?
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

werkwoordspelling
Hoe zit het ook alweer?

Slide 1 - Tekstslide

Eerst moet je weten welke regelset je moet toepassen!
OTT 
Stam, stam + t
en de belangrijkste uitzondering:
Als je/jij achter de pv staat èn het onderwerp is, geen t!

Slide 2 - Tekstslide

Dus in de OTT
Ik werk vier dagen in de week. (o=ik, dus stam)
Sinds vorig jaar werkt Sam bij de Boni. (o=Sam= hij/zij=stam+t)
Hij verandert nooit. (o=hij = stam + T)
Wanneer word je zestien? (o=je, staat achter pv= geen t)

Slide 3 - Tekstslide

De brugklasser (verdwalen tt) iedere dag in zijn nieuwe school.
A
verdwaalt
B
verdwaald
C
verdwaaldt

Slide 4 - Quizvraag

In onze woonplaats (gebeuren tt) nooit iets interessants!
A
gebeurd
B
gebeurdt
C
gebeurt

Slide 5 - Quizvraag

Let op:

- Er komt nooit zomaar dt achter een stam!
Dit kan alleen maar gebeuren als de stam al eindigt op een d, zoals bij worden, houden, rijden

Slide 6 - Tekstslide

Schrijf de woorden op de goede manier op!
1. Mijn zusje (houden tt) niet van spruitjes.
2. (worden tt) hij in jullie klas buitengesloten?
3. Dat irritante kind (veranderen tt) nooit!
4. (houden tt) je van pannenkoeken?
5. Het dappere meisje (verwijderen tt) de enorme spin.

Slide 7 - Tekstslide

De docent (overleggen tt) alles met zijn leerlingen.
A
overlegd
B
overlegt
C
overlegdt

Slide 8 - Quizvraag

Om elf uur (arriveren tt) het vliegtuig vanuit Rome.
A
arriveerd
B
arriveerdt
C
arriveert

Slide 9 - Quizvraag

Wanneer (veranderen tt) je vader van mening, denk je?
A
veranderd
B
verandert
C
veranderdt

Slide 10 - Quizvraag

Maak nu de opdrachten op het oefenblad!

Slide 11 - Tekstslide