Cel
Wat weet je nog over de cel?
1 / 21
Onderdelen in deze les
Wat weet je nog over de cel?
Slide 1 - Woordweb
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Chromosomen komen alleen of in paren voor. Is deze uitspraak waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Een gen bevat informatie voor een erfelijke eigenschap. Is deze uitspraak waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Een mens heeft 23 of 46 paren chromosomen in zijn lichaamscellen. Kies het juiste antwoord
A
23
B
46
Slide 9 - Quizvraag
In geslachtcellen komen chromosomen haploid of diploid voor. Kies het juiste antwoord.
A
Haploid
B
Diploid
Slide 10 - Quizvraag
Hieronder staan twee uitspraken over mutaties:
1 Bij een mutatie veranderen de erfelijke eigenschappen in alle cellen.
2 Een mutatie levert een fout tijdens de normale celdeling
1 Bij een mutatie veranderen de erfelijke eigenschappen in alle cellen.
2 Een mutatie levert een fout tijdens de normale celdeling
A
Geen van beide uitspraken
B
Beide uitspraken
C
Uitspraak 1
D
Uitspraak 2
Slide 11 - Quizvraag
Uit welke stof bestaan chromosomen?
A
DNA
B
Genen
C
Mutaties
D
Draden
Slide 12 - Quizvraag
Een chromosoom bevat:
A
Één gen
B
Meerdere genen
C
Één of meerdere genen, afhankelijk van het chromosoom
Slide 13 - Quizvraag
Wat weten jullie nog over chromosomen?
