MH2 - 8 januari 2020

Volgende week weer een nieuw boek mee!

Zoek alvast een nieuw boek uit. Volgende week moet je hem bij je hebben.
14 januari boek mee!

Boek niet mee? Nakomen + strafwerk.

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Volgende week weer een nieuw boek mee!

Zoek alvast een nieuw boek uit. Volgende week moet je hem bij je hebben.
14 januari boek mee!

Boek niet mee? Nakomen + strafwerk.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Planning
Hoofdstuk 3 Spelling
Onderdeel van de 4-toets



Leerdoelen voor vandaag:

- Ik kan hoofdletters correct gebruiken.

- Ik weet hoe ik een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord moet schrijven.


Slide 3 - Tekstslide

4-toets Nederlands
H3 Lezen, Gram. zinsdelen, Gram. woordsoorten en Spelling
22-01-2020 --> 08:30-09:20

Alle stof van de toets:

Hoofdstuk 3
Lezen: Tekstverbanden: Tegenstellend verband, opsommend verband en chronologisch verband.
Grammatica: Lastige onderwerpen en telwoorden
Spelling: Hoofdletters en voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Slide 4 - Tekstslide

Open je boek op bladzijde 113 
  1. Iemand leest de groene theorie voor.
  2. We doen samen opdracht 2. Ik geef iedereen willekeurig een beurt.

Slide 5 - Tekstslide

Open je boek op bladzijde 115 
  1. Iemand leest de groene theorie voor.
  2. We doen samen opdracht 8. Ik geef iedereen willekeurig een beurt.
  3. Jullie gaan opdracht 7 maken. Jullie hebben                                    daar 8 minuten voor. Daarna kijken we na.
timer
8:00

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Maak opdracht 3 en 9
Die gaan we zo nakijken.

Klaar? Ga de stof voor de 4-toets
leren.
timer
16:00

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 3
Zoek je een leuke bijbaan voor de zomer? We zoeken iemand die elke zaterdag en de zondag ons filiaal in de Marktstraat in Zwolle komt versterken. Valencia verkoopt echt Italiaans ijs en heeft filialen in heel Nederland, van het noorden tot het zuiden. Ben jij van juni tot en met augustus beschikbaar? Mail dan nu naar ijssalon Valencia (sollicitatie@valenciaijsjes.nl). Je kunt ook bellen met Luigi Bertoli (06-12345678).

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 9
1 De verwoeste toren wordt de komende jaren gerestaureerd.
2 De gevluchte reeën hadden zich in het bos verschanst.
3 Weet je zeker dat je alle kaarsen gedoofd hebt?
4 Het snel afgeleide jongetje heeft op de gang gewerkt.
5 Na de dure decembermaand moet in veel gezinnen de broekriem worden aangehaald.
6 De gehate dictator heeft jarenlang het land bestuurd.
7 De door velen verafgode popster heeft het concert afgezegd.
8 Simon is op zijn verroeste fiets naar de winkel gesjeesd.
9 Alwin heeft koekjes gebakken en alles meteen opgegeten.
10 De aangerichte schade werd door de verzekeraar vergoed.



Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen van vandaag + agendapunt
Leerdoelen:
- Ik kan hoofdletters correct gebruiken.
- Ik weet hoe ik een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord moet schrijven.
Agenda:
14 januari - Nieuw leesboek meenemen.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Planning


1. Beginnen met voorbereiden van de 4-toets.

2. Stilteblok voor het afmaken van de boektoets en het maken van de test.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Welke twee manieren zijn er om het onderwerp in een zin te vinden?

Slide 18 - Tekstslide

Soms kun je niet beide manieren gebruiken om de persoonsvorm in een zin te vinden.

 
Voorbeeld:

Almere heeft bijna 200.000 inwoners.


Je kunt de persoonsvorm hier niet in het meervoud zetten:

Almere hebben bijna 200.000 inwoners.


De zin klopt nu niet. Het enige wat je bij deze zin kunt doen is een vraag stellen: wie/wat is?

Slide 19 - Tekstslide

Wie heeft gisteren de prullenbak geleegd?

Wat is het onderwerp in bovenstaande zin?


Je kunt hier geen vraag stellen om het onderwerp te vinden, want de zin is al
 een vraag. 


Je kunt wel de persoonsvorm in het meervoud zetten:

Wie hebben gisteren de prullenbak geleegd?


De zin klopt, maar je weet het onderwerp nog niet.

Slide 20 - Tekstslide

Je kunt een persoon of een ding in plaats van ‘wie’ in de zin zetten.

 

Wie heeft gisteren de prullenbak geleegd?



Annemieke heeft gisteren de prullenbak geleegd.


Nu kun je een vraag maken: wie/wat heeft?


Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Nog even op een rijtje

Slide 23 - Tekstslide

Stilteblok
Boektoets afmaken.


Voor degenen die deze al af hebben:
Maak de test op blz. 123 en 124.
Klaar? Haal de antwoorden bij me op.
timer
15:00

Slide 24 - Tekstslide

Leerdoelen van vandaag + agendapunt
Leerdoelen:
- Ik kan hoofdletters correct gebruiken.
- Ik weet hoe ik een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord moet schrijven.
Agenda:
14 januari - Nieuw leesboek meenemen.

Slide 26 - Tekstslide

Schrijf op: pv, wg, ow, lv, mv
In stilte!


1. Pasta eet mijn moeder niet graag.
2. Bij het podium hielden de bewakers alles goed in de gaten.
3. Wat eet mijn moeder niet graag?
4. Wat hielden de bewakers goed in de gaten?

timer
8:00

Slide 27 - Tekstslide

Schrijf op: pv, wg, ow, lv, mv
1. Pasta eet mijn moeder niet graag.
2. Bij het podium hielden de bewakers alles goed in de gaten.
3. Wat eet mijn moeder niet graag?
4. Wat hielden de bewakers goed in de gaten?
5. Wie wil nu de hondjes een snoepje geven?

Slide 28 - Tekstslide