Zorgvragers met oncologische aandoeningen

Waar denk je aan bij oncologische aandoeningen?
1 / 25
volgende
Slide 1: Open vraag
VerzorgendeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Waar denk je aan bij oncologische aandoeningen?

Slide 1 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Heb je wel eens te maken gehad met kanker?
A
ja
B
nee
C
in mijn directe omgeving
D
in mijn kennissenkring

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze les gaat over:
  • Oncologie: onkos= massa of tumor/ logos = leer

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huidkanker is de meest voorkomende vorm van kanker
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kanker wordt vaak carcinoom genoemd
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ongeveer 1 op de 10 mensen krijgt kanker in zijn of haar leven
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Ongeveer 1 op de 3 mannen en 1 op de 4 vrouwen krijgen kanker voor hun 75ste. Kanker treft vooral ouderen: 68 % van de vrouwen en 80 % van de mannen zijn 60 jaar of ouder bij de diagnose

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het aantal diagnoses neemt toe, maar tegelijk neemt het risico om te overlijden aan kanker af.

prostaat-, borst- of huidkanker 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

cellen
Het verschil tussen een cel van een goedaardige tumor en een cel van een kwaadaardige tumor zit in de chromosomen van de cel. Kwaadaardige cellen hebben abnormale chromosomen.

Veel bloedvaatjes

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bevolkingsonderzoek

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bevolkingsonderzoek

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bevolkingsonderzoek

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandeling
Opereren: curatief opereren 

Bestralen: delende cellen doden (ook de goede. Denk aan haaruitval, huid irritaties, aantasting van darmslijmvlies)

Chemotherapie: Bij chemotherapie worden cytostatica (celdodende middelen) toegediend via het bloed.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een benigne tumor?
A
Goedaardige tumor
B
Kwaadaardige tumor

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een ander woord voor uitzaaiingen?
A
Maligne tumor
B
Carcinoom
C
Metastasering
D
Mammografie

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Goed aardige gezwellen kunnen omringend weefsel binnendringen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een biopsie?
A
Een endoscopisch onderzoek
B
Het wegnemen van een stukje weefsel
C
Het betasten van een tumor
D
Onderzoek aan de ontlasting

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Negen signalen van kanker
  1. gewichtsverlies, vermoeidheid, slecht uit zien
  2. veranderingen bij plassen
  3. verandering ontlasting
  4. verdikking/knobbel in lichaam
  5. blijvende heesheid of hoest, bloed ophoesten
  6. slikklachten
  7. moedervlekken en huidplekjes die veranderen
  8. een plekje dat schilfert of bobbeltje op de huid
  9. vrouw > ongewoon bloedverlies/afscheiding, man> pijn of verandering zaadballen 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies