vergelijken

Welcome class
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welcome class

Slide 1 - Tekstslide

Todays program
- Introductie (1 min)
- Lesson goal (1 min)
- Vergelijkingen (15 min)
- Evaluatie (5 min)

Slide 2 - Tekstslide

Lesson goal
Aan het einde van de les heb ik meer kennis en geoefend met vergelijkingen en weet ik hoe ik deze moet toepassen.

Slide 3 - Tekstslide

Vergelijkingen
Om dingen of mensen te beschrijven gebruik je bijvoeglijke naamwoorden, zoals small, clever, beautiful, nice en tall.

Je kunt er vergelijkingen mee maken door ze in de vergrotende en overtreffende trap te zetten, net als in het Nederlands groot - groter - grootst.


Slide 4 - Tekstslide

Vergelijkingen
Eén lettergreep:
Bijvoeglijk naamwoorden met één lettergreep krijgen -er in de vergrotende trap en -est in de overtreffende trap:

small - smaller - smallest
rich - richer - richest
cool - cooler - coolest


Slide 5 - Tekstslide

Vergelijkingen
Twee of meer lettergrepen:

De overige bijvoeglijke naamwoorden van twee lettergrepen of meer lettergrepen, krijgen more en most ervoor: 

beautiful (mooi) - more beautiful - most beautiful
exceptional (uitzonderlijk) - more exceptional - most exceptional

Slide 6 - Tekstslide

Vergelijkingen
Onregelmatige bijvoeglijke naamwoorden:

bad (slecht) - worse -     worst
good (goed) - better - best
little (weinig) - less - least
many (veel) - more - most
much (veel) -  more -  most 

Slide 7 - Tekstslide

Schrijf de juiste trap van vergelijking op.

amazing

Slide 8 - Open vraag

Schrijf de juiste trap van vergelijking op.

good

Slide 9 - Open vraag

Schrijf de juiste trap van vergelijking op.

fat

Slide 10 - Open vraag

Evaluatie
Are there any questions?

Slide 11 - Tekstslide