1.3 Zuivere stoffen & mengsels

1.3 Zuivere stoffen & mengsels
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

1.3 Zuivere stoffen & mengsels

Slide 1 - Tekstslide

Programma
-Formatieve check
10 min
-Oefeningen nakijken
10 min
-Zuivere stoffen & mengsels
20 min
-Punten & trajecten
10 min
-Oefenen
30 min

Slide 2 - Tekstslide

Formatieve check
Klik op de link om naar een nieuwe les te gaan, hierbij kan je zelf feedback geven op je leerdoelen:
Checks voor 1.3 Zuivere stoffen & mengsels

De laatste slide sla je voor nu over, deze is voor het einde van de les!

Slide 3 - Tekstslide

Oefeningen nakijken
Ik loop langs om te controleren of je je spullen bij je hebt en of de oefeningen gemaakt zijn.

De antwoorden staan in het eerste tabblad van de Studiewijzer in Magister.
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen
Wat behandelen we vandaag?

  • Je kunt beschrijven dat een zuivere stof uit één soort moleculen bestaat.
  • Je kunt beschrijven dat een mengsel uit meerdere soorten moleculen bestaat.
  • Je kunt uitleggen dat een zuivere stof tijdens zijn faseovergang niet van temperatuur verandert.
  • Je kunt uitleggen dat een mengsel tijdens zijn faseovergang van temperatuur verandert.
  • Je kunt verschillende zuivere stoffen en mengsels noemen.

Slide 5 - Tekstslide

Macroniveau

Macro = Griekse woord voor groot
Op macroniveau = op groot niveau

Alles wat je met het oog kan zien = macroniveau


Slide 6 - Tekstslide

Microniveau
Micro = Griekse woord voor klein
Op microniveau = op klein niveau

Veel in het universum is gemaakt uit moleculen.

Niet met het blote oog te zien.
Moleculen liggen op microniveau.


Slide 7 - Tekstslide

Moleculen
Er bestaan miljoenen soorten moleculen.
Ze verschillen van vorm, grootte en bestanddelen.
Elke soort deeltje vormt een soort stof op macroniveau:





Watermolecuul = 2,82 pm = 0,0000000282 cm
Hoeveel watermoleculen zitten er in een druppel water?





Slide 8 - Tekstslide

Wat denken jullie dat het verschil is tussen een zuivere stof en een mengsel?

Slide 9 - Woordweb

Zuivere stoffen
De meeste stoffen zijn opgebouwd uit moleculen.

Zuivere stoffen = 1 soort molecuul

Slide 10 - Tekstslide

Bedenk een zuivere stof.

Slide 11 - Woordweb

Mengsels
De meeste stoffen zijn opgebouwd uit moleculen.

Mengsel = 2 of meer soorten moleculen

Slide 12 - Tekstslide

Bedenk een mengsel.

Slide 13 - Woordweb

Zijn de volgende stoffen zuiver of een mengsel?
Zuivere stof
Mengsel

Slide 14 - Sleepvraag

Zijn de volgende stoffen zuiver of een mengsel?
Zuivere stof
Mengsel

Slide 15 - Sleepvraag

Smeltpunt en kookpunt
Verschillende vaste stoffen smelten bij verschillende temperaturen. (smeltpunt)
  • water: smeltpunt = 0 °C
  • ijzer: smeltpunt = 1538 °C

Verschillende vloeistoffen verdampen bij verschillende temperaturen (kookpunt)
  • water: kookpunt = 100 °C
  • ijzer: kookpunt = 2862 °C

Slide 16 - Tekstslide

Smelttraject en kooktraject
  • Alleen zuivere stoffen hebben een smelt/kookpunt.
  • Mengsels hebben een smelt/kooktraject!

  • Zuivere stoffen hebben 1 temperatuur waarop ze smelten/koken.
  • Mengsels hebben een temperatuurtraject waarop ze smelten/koken.


Slide 17 - Tekstslide

Temperatuur, tijd-diagram

Slide 18 - Tekstslide

Boter smelt tussen 52 en 68 graden. Is dit een smeltpunt of een smelttraject? Is boter dan een zuivere stof of een mengsel?
A
Smeltpunt, zuivere stof
B
Smelttraject, zuivere stof
C
Smeltpunt, mengsel
D
Smelttraject, mengsel

Slide 19 - Quizvraag

Hoe kan je aan een grafiek zien of een stof een punt of traject heeft?

Slide 20 - Open vraag

Oefeningen
Ga aan de slag met de volgende oefeningen:

Hoofdstuk 1 Paragraaf 3:
1 t/m 7 + 9

Slide 21 - Tekstslide

Welke leerdoelen beheers je?
Klik op de link, deze opent weer de check. Vul nu de laatste slide in:

Slide 22 - Tekstslide