H1.2 Hoeken berekenen in driehoeken

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Wat gaan we deze les doen?

• Huiswerk controleren en nakijken (opdr. 12 t/m 18)

• Korte herhaling
• Leren hoe we de hoeken in een driehoek kunnen berekenen.

Een vlakke figuur met 5 hoekpunten noem je een...

1. vierhoek
2. vijfhoek
3. vlakke figuur
4. rechte hoek

Welk soort trapezium zie je hiernaast?

1. Gewoon trapezium
2. Gelijkbenig trapezium
3. Rechthoekig trapezium

Welk vlakke figuur is dit?

1. vierhoek
2. rechthoek
3. ruit
4. vierkant

Wat voor soort
driehoek is dit?

1. Scherphoekige driehoek
2. Rechthoekige driehoek
3. Stomphoekige driehoek
4. Gelijkbenige driehoek

Wat ga je doen?

• Teken een driehoek.

• Vergelijk je driehoek met degene die naast je zit. Zijn ze verschillend?

Wat ga je doen?

• Zet een stip in elke hoek.
• Knip de hoeken van de driehoek af, ongeveer over de blauwe lijnen.

Wat ga je doen?

• Leg de drie hoeken met de punten tegen elkaar en schuif ze tegen elkaar aan.
• Wat gebeurt er? Wat valt op?

Wat is de uitkomst?

• De 3 hoeken van een driehoek vormen dus een rechte lijn.
• Een rechte lijn is 180 graden.

• De 3 hoeken van een driehoek zijn dus samen altijd 180 graden.

Hoeveel graden zijn de 3 hoeken van een driehoek samen?

1. 90
2. 180
3. 270
4. 360

In een gelijkzijdige driehoek zijn alle hoeken

1. 50 graden
2. 60 graden
3. 70 graden
4. 80 graden

Hoe groot is hoek C?

1. 210 graden
2. 55 graden
3. 30 graden
4. Kun je zo niet berekenen, driehoek is niet rechthoekig.

In een driehoek is een hoek 40 graden en een andere hoek is 65 graden. Hoe groot is de derde hoek?

1. 95 graden
2. 55 graden
3. 75 graden
4. 85 graden

In een driehoek is :
Hoek A 90 graden
Hoek B 60 graden
Hoe groot is hoek C?

1. 0
2. 30
3. 60
4. 90

Wat heb je deze les geleerd?

• De hoeken van een driehoek samen zijn altijd 180 graden.
• Dit noemen we de hoekensom & dit gebruiken we om hoeken te berekenen in een driehoek.

Huiswerk

Maak opdracht 22 t/m 27 en 29 t/m 31 

op blz. 19 t/m 21

Leer de theorie in het gele blokje op blz. 18

Leer nogmaals de namen van de vlakke figuren.