6V_(redox)titratie_19-jan

(Redox)titratie

Doorloop deze lessonup zelfstandig over redoxreactieds, titratie en redoxtitratie

1 / 19

Slide 1: Tekstslide

ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Lesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

(Redox)titratie

Doorloop deze lessonup zelfstandig over redoxreactieds, titratie en redoxtitratie

Slide 1 - Tekstslide

Welk van de onderstaande reacties is een redoxreactie?

\to

2 K (s) + C l^{​ 2 ​ ​} (g) \to 2 K C l (s)

2 A l (s) + 3 B r^{​ 2 ​ ​} (l) \to 2 A l B r^{​ 3 ​ ​} (s)

B a C l^{​ 2 ​ ​} (s) \to B a^{​ 2 + ​ ​} (a q) + 2 C l^{​ - ​ ​} (a q)

A g^{​ + ​ ​} (a q) + C l^{​ - ​ ​} (a q) \to A g C l (s)

Slide 2 - Quizvraag

Welke van onderstaande reacties is een redoxreactie?

M g + 2 H^{​ + ​ ​} \to M g^{​ 2 + ​ ​} + H^{​ 2 ​ ​}

Slide 3 - Quizvraag

Hoe noem je de plek (in een batterij) waar redoxreacties plaatsvinden?

elektrochemische cel

Plus- en minpool

Reductor en oxidator

Batterijcellen

Slide 4 - Quizvraag

De reactievergelijking van de redoxreactie (reactie 1) staat hiernaast weergegeven.

Hoe herken je dat het hier inderdaad een redoxreactie is?

de lading van de calciumdeeltjes verandert doordat de calciumdeeltjes elektronen opnemen

de lading van de calciumdeeltjes verandert doordat de calciumdeeltjes elektronen afstaan

de lading van de zuurstofdeeltjes verandert doordat de calciumdeeltjes elektronen opnemen

Slide 5 - Quizvraag

In een corrosie redoxreactie
is het metaal...

De reductor

De oxidator

Soms de reductor en soms de oxidator.

De reductor én de oxidator.

Slide 6 - Quizvraag

Kies de redoxreactie:

C a^{​ 2 + ​ ​} + 2 O H^{​ - ​ ​} ⟶ C a (O H)^{​ 2 ​ ​}

2 H^{​ 3 ​ ​} O^{​ + ​ ​} + C O^{​ 3 ​ 2 - ​ ​} ⟶ 3 H^{​ 2 ​ ​} O + C O^{​ 2 ​ ​}

3 O^{​ 2 ​ ​} ⟶ 2 O^{​ 3 ​ ​}

H^{​ 2 ​ ​} + 2 C u^{​ 2 + ​ ​} ⟶ 2 H^{​ + ​ ​} + 2 C u^{​ + ​ ​}

Slide 7 - Quizvraag

Welk deeltje zal als oxidator reageren in de redoxreactie?

H^{​ 2^{​ ​ ​} ​ ​} O

S O^{​ 4 ​ 2 - ​ ​}

Z n^{​ 2 + ​ ​}

C u^{​ 2 + ​ ​}

Slide 8 - Quizvraag

Geef de reactievergelijking van de redoxreactie van aluminium en chloor.

Slide 9 - Open vraag

Geef de totaalreactie van de redoxreactie van het roesten van ijzer

Slide 10 - Open vraag

Aan een basische oplossing van natriumnitriet wordt een oplossing van kaliumpermaganaat toegevoegd.
Verloopt er een redoxreactie? Zo ja, geef de halfreacties.

Slide 11 - Open vraag

Als ijzer(II)oxalaat wordt verwarmt, zal het ontleden in ijzer en koolstofdioxide. Stel de redoxreactie op. De halfreactie van oxalaat zul je zelf moeten opstellen.

Slide 12 - Open vraag

Video titratie

Nu volgt er een video over basis titreren

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Een oplossing van kaliumhydroxide (kaliloog) wordt getitreerd met een oplossing van waterstofchloride (zoutzuur). Voor de titratie van 8,00 mL kaliloog is 12,00 mL 0,024 M zoutzuur nodig. De reactievergelijking is: H3O+ + Cl- + K+ + OH- → 2 H2O + Cl- + K+
(zoutzuur) (kaliloog)

Bereken de molariteit van de kaliloog.

Slide 15 - Open vraag

Video oefen PO redoxtitratie

Nu volgt een video over het oefen PO redoxtitratie

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Wat wordt er bij een indirecte titratie bedoeld met een "onnauwkeurige overmaat"?

Slide 18 - Open vraag

Noteer hier vragen voor de docent

Slide 19 - Open vraag