Revision chapter 1

Class 3TB: revision chapter 1:
Vocabulary, Grammar and Stones.
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Class 3TB: revision chapter 1:
Vocabulary, Grammar and Stones.

Slide 1 - Tekstslide

Vocabulary 

Slide 2 - Tekstslide

His ___ to read people is why he was chosen for the job
A
opportunity
B
willing
C
motivation
D
ability

Slide 3 - Quizvraag

I need to ask for my parents' ___
to go on the school trip
A
identity
B
permission
C
invent
D
argument

Slide 4 - Quizvraag

These sweets are really .............(verslavend).

Slide 5 - Open vraag

It is ...........(tegen de wet) to drink before the age of twelve.

Slide 6 - Open vraag

I wish I had the ......... (mogelijkheid) to go to Australia.

Slide 7 - Open vraag

Can you .......... (in de gaten houden) my laptop whilst I go to the toilet?

Slide 8 - Open vraag

John …………… (to read) a book right now.

Slide 9 - Open vraag

Grammar
Maak de zin compleet met de tegenwoordige tijd van het werkwoord dat tussen haakjes staat.
Put the verbs in the brackets in the present simple or the present continuous.

Slide 10 - Tekstslide

Uitleg
'In de in staat 'right now'
Het gebeurt op dit moment / is nu bezig.
Je gebruikt dan de present coninuous. 
Present contiNUous (= ezelsbruggetje!!)

Slide 11 - Tekstslide

My best friend …………… (to watch) a film every Saturday.

Slide 12 - Open vraag

Uitleg
In de zin staat 'every Saturday' 
Het is een terugkerende gebeurtenis.
Je gebruikt dan de present simple

Slide 13 - Tekstslide

We always …………… (to put) our phones in the phone bag at the door

Slide 14 - Open vraag

Susan and Megan …………… (to work) late today.

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Video

Maak de opdrachten
achter de link op de volgende sheet. Let op: op de site waar je naar toe wordt gelinkt hebben ze het over the Simple present = The present simple. 
Ze hebben het ook over the present progressive = the present continuous. 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

The gerund and the to + infinitive.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

I don't like .... books.
A
to read
B
reading

Slide 21 - Quizvraag

Uitleg

Na 'to like', 'to love', 'to enjoy', 'to hate' etc 
gebruik je de gerund (=werkwoord + -ing)

Slide 22 - Tekstslide

He wants ... some pizza next.
A
to eat
B
eating

Slide 23 - Quizvraag

Uitleg

Na werkwoorden als 'to expect', 'to refuse', 'to want', etc
gebruik je to + infinitive

Slide 24 - Tekstslide

They refused …………… (pay) for the damage

Slide 25 - Open vraag

Sharon loves…………… (sing) in the shower.

Slide 26 - Open vraag

I am sorry. There is …………… I can do.
A
something
B
nothing
C
anything
D
nowhere

Slide 27 - Quizvraag

Please tidy up your room. Your stuff is …………… !
A
nowhere
B
anywhere
C
everything
D
everywhere

Slide 28 - Quizvraag

Stones
Vertaal de zinnen op de volgende sheets

Slide 29 - Tekstslide

Vertaal naar het Nederlands:
Are you enjoying the game?

Slide 30 - Open vraag

Vertaal naar het Engels:
Maar goed, ik moet nu gaan.

Slide 31 - Open vraag

Vertaal naar het Nederlands:
Do you see what I'm talking about?

Slide 32 - Open vraag

Vertaal naar het Engels:
Eigenlijk ben ik het er niet mee eens.

Slide 33 - Open vraag

Vertaal naar het Nederlands
Visiting London is so much fun.

Slide 34 - Open vraag

Slide 35 - Link

Slide 36 - Link

Slide 37 - Link

Grammar again 
Tag questions

Slide 38 - Tekstslide

How to make them
  • Positieve hoofdzin = negatieve tag question:
  • He is a great guy, isn't he?
  • We are going to Spain this year, aren't we? 
  • Let op: staat er I am in de zin? Dan aren't I in de tag question!
  • Negatieve hoofdzin = positieve tag question:
  • She isn't  very happy, is she?
  • They aren't walking in the rain, are they?

Slide 39 - Tekstslide

How to make them
Staat er am, are, is of een hulpwerkwoord zoals can of could in de zin? Dan deze herhalen in de tag question. 
I can go to the cinema, can't I?

Alle andere werkwoorden krijgen een vorm van do/did in de tag question.
I did my homework, didn't I? 

Slide 40 - Tekstslide

Maak de tag question
You haven't seen this film, ............

Slide 41 - Open vraag

Maak de tag question
She's a doctor, ..........

Slide 42 - Open vraag

Maak de tag question:
He isn't here, ........

Slide 43 - Open vraag

Maak de tag question:
Jenni eats cheese, .........

Slide 44 - Open vraag

Maak de tag question:
I don't need to finish this today, ......

Slide 45 - Open vraag

Slide 46 - Link

Slide 47 - Link

All done?
Then you are ready for the test! 

Slide 48 - Tekstslide