H9.2 Negatieve getallen optellen.

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k, g, t, mavo
• Leerjaar 1

    Welkom

💼 Neem je spullen voor je. 

📖 Leg bladzijde 90 (H9.2) voor je open.

      Leg je ipad op zijn kop klaar op tafel (dicht!)

DEZE LES:

§9.2 Negatieve getallen optellen.

Boek, schrift, schrijfspullen

oefenen 

uitleg 

  lesprogramma

nakijken 

§9.1 opd 1 t/m 8

Som en verschil met negatieve getallen

Zelfstandig werken aan opd. 10, 11 en 12

aan de slag 

Netjes werken, maak een kantlijn, noteer je berekeningen.

huiswerk

voorkennis 

Negatieve getallen om je heen

Voorkennis H9.2 afmaken

        Nakijken

Wat leer je in deze paragraaf?

Ik kan optellen met negatieve getallen.

Ik kan aftrekken met negatieve getallen.

Ik kan + - en - -  vervangen volgens de regels.

        leerdoelen

Positieve getallen

Negatieve getallen

-10

0

7

-3

6,5

6 ................ 4

1. is groter dan
2. is kleiner dan

-2 .......... 1

1. is groter dan
2. is kleiner dan

>

<

=

=

kleiner dan

groter dan

-4 .............. -9

1. <
2. >

Negatieve getallen optellen
-4 + 3=

1. 7
2. 1
3. -1
4. -7

Negatieve getallen optellen
8 - 10=

1. 2
2. -2
3. 18
4. -18

Negatieve getallen optellen
-3 + 6=

1. -9
2. -3
3. 3
4. 9

Negatieve getallen optellen
4 - 7=

1. 11
2. 3
3. -3
4. -11

Stapgrootte

.

Negatieve getallen kun je natuurlijk ook optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen.

Het vraagt wel wat extra begrip.

Om het beter duidelijk te maken luister

je naar een kort verhaal.

        Uitleg

Bewerkingen met negatieve getallen

Stapgrootte

.

        Uitleg

Bewerkingen met negatieve getallen

Stapgrootte

.

        Uitleg

Bewerkingen met negatieve getallen

blz. 90 opd.10

Aan de slag

Zelfstandig werken

Open blz. 91 in het boek.

Maak  opd. 12

Klaar? 

werk verder aan opd 13 en 14

Werk zelfstandig zonder overleg of vragen.

Stapgrootte

.

blz. 90 opd.12

Samen oefenen 

Aan de slag

Zelfstandig werken

Open blz. 91 in het boek.

Maak  opd. 14, 15, 17, 18 en 19

Klaar? 

Oefen extra, maak opd o15 en u4 (blz. 93)

Werk zelfstandig zonder overleg of vragen.

Huiswerk 

Werk fluisterend binnen je tafelrij

Huiswerk:

Maak opd. 14 t/m 19 (16 niet)  blz. 91/92

Klaar ?  mk: opd o8 en u1

Stapgrootte

.

Bij wiskunde kennen we de volgende bewerkingen:

Optellen +  ook wel som genoemd.

Eraf          -  ook wel het verschil genoemd

keer         x  het product

delen      :   quotiënt

• De som van 3 en 4 is:  3 + 4 = 7

• Het quotiënt van 18 en 6 is:  18 : 6 = 3

        Voorkennis

Wat moet je doen bij het quotiënt?

1. Plus
2. Min
3. Keer
4. Delen

Hoe noem je deze bewerking?
3 + 5 =

1. Som
2. Verschil
3. Product
4. Quotiënt

Bereken het product van 12 en 4

1. 12 + 4 = 16
2. 12 - 4 = 8
3. 12 x 4 = 48
4. 12 : 4 = 3

Wat is de tegengestelde bewerking van som (plus)

1. + (Som)
2. - (Verschil)
3. x (Product)
4. : (Quotiënt)

Bereken het verschil tussen 18 en 6

1. 18 + 6 = 24
2. 18 - 6 = 12
3. 18 x 6 = 108
4. 18 : 6 = 3

Welke bewerking moet je eerst doen?

6 + 2 x 4 = ...

1. Je doet eerst plus
2. Je doet eerst keer
3. Je werkt gewoon van links naar rechts

Wat is het quotiënt van 35 en 5?

1. 40
2. 7
3. 30
4. 175