Hero et Leander naar Ovidius en Museaus

Hero et Leander 
deel 3: Liefde overwint alles
Ovidius en Musaeus
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnSecundair onderwijs

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hero et Leander 
deel 3: Liefde overwint alles
Ovidius en Musaeus

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Materiaal
- tekst deel 1 en deel 3
- blad papier 
- laptop

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geef een aantrekkelijke versiertip.

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat moeten Hero en Leander allemaal overwinnen?

Slide 4 - Woordweb

- de Hellespont: de woeste zee
- ingaan tegen de afkeuring van hun ouders
- Hero zit opgesloten in haar toren
- Leander probeert Hero ervan overtuigen om haar liefde te betuigen
Oefentoets Hero en Leander 
1. Waar komen Hero en Leander samen? 
2. Wat doet Hero als Leander Hero's hand aanraakt?
3. Hoe probeert Leander Hero van zijn gelijk te overtuigen?
4. Welke heldhaftige handeling stelt Leander 's nachts, zodat hij met zijn geliefde Hero samen kan zijn? 
5. Hoe helpt Hero hierbij, zodat Leanders daad een succes wordt?

Slide 5 - Tekstslide

- bij de tempel van Venus
- Ze trekt haar hand terug, alsof ze boos is. Kerel, zijde gij gek ofwa? Je mag helemaal geen priesteres verleiden.
- Maar jij bent de priesteres van Venus dan moet je ook de taken van Venus, die van de liefde, uitvoeren.
- Hellespont overzwemmen -> woeste zee en wind overwinnen
- licht van een lantaarn in haar toren laten branden
Ovidius en Musaeus
Ovidius
- Romeins dichter
-  43 vC tot 17 nC: schrijver tijdens keizerschap van Augustus -> verbannen naar een dorpje aan de Zwarte Zee
- Amores: liefdesgedichten en Heroides: liefdesbrieven (o.a. Hero en Leander)
- Metamorphoses: gedaanteverwisselingen
 Musaeus
-
Grieks dichter 
- 5e eeuw nC
- klein epos over Hero en Leander

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

R27-30
27 Iam nigra nox somnum hominibus attulit, nōn autem amantī Lēandrō:
                                                                                adferre
apud lītora maris lucernam exspectābat, nūntium nuptiārum.

                                                                                       nuntiare     nupta: huwelijk
29 Hērō sine morā (=getreuzel) pōnit in summā turrī lūmen
29 [dumque pōnit], timidā vōce precātur:                                                                                                                          timide
30 ‘Ō ventī, dāte amōrī meō trānsitum facilem.’






Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

R27 Iam ... tot amanti Leandro. Vertaal bovenstaande regel vlot.
A
De nacht viel, maar de verliefde Leander was klaarwakker.
B
De maan verlichtte de nachtelijke zee, die Leander overstak.
C
De zwarte nacht bracht iedereen slaap, inclusief Leander.
D
De maan bracht slaap, maar niet voor Leander.

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

R28 Hoe definieert of omschrijft de auteur de lantaarn?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R28-29 (Hero tot lumen): Hoe plaatst Hero haar lantaarn aan de top van haar toren?
A
in het zicht
B
haastig
C
brandend; verlicht
D
met een bang hartje

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

R29 Wat is het verzwegen lijdend voorwerp bij 'dum ponit'?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R30 Geef de rol van de BWB 'timida voce'.
A
beperking
B
reden
C
middel
D
wijze

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

R30 'O venti, date amori meo transitum facilem'.
a. Wie roept Hero aan?
b. Wat wenst ze?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R27-30
27 Iam nigra nox somnum hominibus attulit, nōn autem amantī Lēandrō:
                                                                MV         adferre                              functie?
apud lītora maris lucernam exspectābat, nūntium nuptiārum.

        BWB: rol?                                                            nuntiare     nupta: huwelijk
Hērō sine morā pōnit in summā turrī lūmen [dumque (lumen) pōnit],      
mora: getreuzel                                                                  
29-30  timidā vōce precātur‘: Ō ventī, dāte amōrī meō trānsitum facilem.’
              timide, BWB: rol ?           voc          wijs?    MV                      LV





Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tekstbegrip R27-30
1. Waarom slaapt Leander niet?
2. Hoe helpt Hero Leander om zijn heldhaftige daad tot een goed einde te brengen?
3. Tot wie bidt/smeekt Hero? Wat vraagt ze?

Slide 15 - Tekstslide

1. Hij wacht ongeduldig aan de kust van de zee, tot de lantaarn van Hero brandt. Hij wil bij zijn geliefde zijn.
2. lantaarn aansteken -> Hellespont oversteken
3. Ze smeekt bij de god van de wind (Aeolus) dat de zee niet te woest is, zodat haar geliefde een goede oversteek heeft en niet verdrinkt.
Deel 3.2

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tekstbegrip R27-30
1. Waarom slaapt Leander niet?
2. Hoe helpt Hero Leander om zijn heldhaftige daad tot een goed einde te brengen?
3. Tot wie bidt/smeekt Hero? Wat vraagt ze?

Slide 17 - Tekstslide

1. Hij wacht ongeduldig aan de kust van de zee, tot de lantaarn van Hero brandt. Hij wil bij zijn geliefde zijn.
2. lantaarn aansteken -> Hellespont oversteken
3. Ze smeekt bij de god van de wind (Aeolus) dat de zee niet te woest is, zodat haar geliefde een goede oversteek heeft en niet verdrinkt.
R31-35
31 Ille in lītore tremēbat quidem prīmum, dēpositō autem pariter cum veste timōre,                                                                                                        pariter (bijw): samen
dē lītore exsiluit corpusque dēiēcit in mare. Nūlla vōx usquam,
                    exilire: springen                                                         usquam (bijw): ergens
nūllum murmur veniēbat ad aurēs ēius praeter corporis natantis.
                murmelen                      auris: oor
Iamque fatigātīs paulātim bracchiīs, procul cōnspexit lucernae lūmen: subitō
fatigare: afmatten - paulatim: beetje per beetje; geleidelijk
35 vīrēs rediērunt undaeque molliōrēs vīsae sunt quam fuerant.





Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

R31 Naar wie verwijst 'ille'?
A
Hero
B
Leander
C
de zee
D
de ouders

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

R31 Tremere betekent ...
A
vrezen
B
opgewonden zijn
C
verliefd zijn
D
beven; trillen

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

R31-32 'deposito tot timore'
Welke twee zaken/toestanden laat Leander achter op het strand?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R32 Wat doet Leander nu hij zijn angst overwinnen heeft?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R32-33 (nulla ... tot natantis). Kies de vlotste vertaling uit.
A
Leander merkt geen enkel dier of geluid op, behalve zijn eigen zwemmende lichaam.
B
Leander liet zich door geen enkel geluid afleiden.
C
Geen enkele stem, geen enkel geluid bereikt Leanders oren, behalve zijn eigen zwemmend lijf.
D
Nergens bereikte er een stem of geluid Leander, behalve het geluid van zijn eigen zwemmend lichaam.

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

R34 Geef de losse ablatief.

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R34-35 Hoe reageert Leander als hij de lantaarn opmerkt? Geef twee reacties.

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R31-35
31 Ille in lītore tremēbat quidem prīmum, dēpositō autem pariter cum veste timōre,                                        wel      eerst                                      LA
dē lītore exsiluit corpusque dēiēcit in mare. Nūlla vōx usquam,
                    exilire: springen                                                       usquam (bijw): ergens
nūllum murmur veniēbat ad aurēs ēius praeter corporis natantis.
                murmelen                      auris: oor
Iamque fatigātīs paulātim bracchiīs, procul cōnspexit lucernae lūmen: subitō
                                               LA
35 vīrēs rediērunt (= pf) undaeque molliōrēs vīsae sunt quam fuerant (plsqpf) (=plusqpf).





Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deel 3.3

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groespverdeling
1. Kristina, Joy, Abdenour: R36, 37, 38, 39 tot amavit
2. Carlos, Adila en Nana: R38, 39, 40, 41 tot flentes
3. Hanifa, Areeba, Reda: R40, 41, 42, 43 tot locum
4. Mohamed, Niyazi, Adam: R41, 42, 43, 44

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

R36-38 Wat doet Hero als Leander toekomt?

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R43 Wat bedoelt de auteur met 'de die virgo, de nocte nupta erat'?

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Speeddate
1. Je krijgt een vraag die op de beamer geprojecteerd wordt.
2. Je beantwoordt met je overbuur de vraag.
3. We overlopen klassikaal de vraag.
4. Op het teken van de leerkracht schuift één iemand door.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Speeddate
1. twee rijen banken tegen elkaar schuiven
2. BORD-kant: Adila, Areeba, Reda, Abdenour, Carlos, Joy 
3. MUUR-kant: Niyazi, Hanifa, Mohamed, Adam,  Kristina

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Speeddate
1. Waarom hebben Hero en Leander geen wettelijk huwelijk? '15
2. Hoe ziet de huwelijksdag eruit bij de Romeinen? Geef drie kenmerken. '60
3. Wie verbindt de geliefden? '15
4. Alvorens de geliefden trouwen, wordt er een religieus ritueel uit. Welk ritueel? '15

Slide 37 - Tekstslide

- geen toestemming van de ouders
- de bruid (vrouw) wordt thuis opgepikt
vrienden en getuigen komen aan
auspex (priester) leest de ingewanden als voorteken -> huwelijksbelofte
feest
na feest stoet naar huis van de man, vol muzikale begeleiding
bij het huis toegekomen kreeg de bruid symbolen van leven en huiscultus






Speeddate
5. Wanneer ben jij al een smoorverliefd geweest? Hoe voelde dat voor jou? '60
6. Hoe zouden jouw vrienden en ouders reageren, als je een lief hebt? '60
7. Hoe win je iemand voor jou?  '60
8. Stel dat iemand een roddel verspreidt over jou en iemand anders, hoe ga je daarmee om? '60

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies