Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
Welkom! Pak je leesboek
Fijn dat je er weer bent.
Ga rustig naar je plek en start met stillezen.
Geen kauwgom, jas op de gang,
let op je taalgebruik.
timer
10:00
1 / 16
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
In deze les zitten
16 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welkom! Pak je leesboek
Fijn dat je er weer bent.
Ga rustig naar je plek en start met stillezen.
Geen kauwgom, jas op de gang,
let op je taalgebruik.
timer
10:00
Slide 1 - Tekstslide
Vandaag kan jij
aan het einde van de les de persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden zelf toepassen en je weet het verschil tussen de twee voornaamwoorden.
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Over welke woordsoorten
ging dit liedje?
A
zelfstandige naamwoorden en lidwoorden
B
werkwoorden
C
persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
D
voorzetsels
Slide 4 - Quizvraag
Een persoonlijk voornaamwoord
verwijst naar een persoon, dier of ding:
Wij
gaan een weekend naar Texel.
Onze
kat
slaapt overdag, omdat
hij
’s nachts veel buiten rondloopt.
Ik heb je
bericht
ontvangen, maar ik heb
het
nog niet gelezen.
Slide 5 - Tekstslide
persoonlijk voornaamwoord
Een persoonlijk voornaamwoord 'wijst' naar een
persoon
(in de zin).
Een persoonlijk voornaamwoord kan je
vervangen door een naam
.
Djayah verzint een raadsel.
Hij
vertelt het raadsel aan zijn klas.
Slide 6 - Tekstslide
persoonlijk voornaamwoord
Een persoonlijk voornaamwoord 'wijst' naar
een ding
(in de zin).
Een persoonlijk voornaamwoord kan je
vervangen door een naam
.
Hidde heeft
dit boek
gekregen.
Zij heeft
het
nog niet gelezen.
Slide 7 - Tekstslide
Bezittelijk voornaamwoord
Deze geven aan dat iets van iemand is.
mijn boek
jouw tas
zijn fiets
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Mijn fiets is gestolen.
Mijn=
A
persoonlijk voornaamwoord
B
bezittelijk voornaamwoord
C
voorzetsel
D
bijvoeglijk naamwoord
Slide 10 - Quizvraag
De woorden 'ik, mij, wij' zijn voorbeelden van persoonlijke voornaamwoorden.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quizvraag
Welke van de onderstaande voorbeelden bevat een persoonlijk voornaamwoord?
A
Jouw verhaal
B
Het verhaal van jou
C
Onze telefoon
D
Geef elkaar een hand
Slide 12 - Quizvraag
Door welke persoonlijke voornaamwoorden kan je de personen in deze zin vervangen?
2. Mijn moeder heeft Mick straf gegeven.
A
Zij + hij
B
Zij + hem
C
Haar + hij
D
Haar + hem
Slide 13 - Quizvraag
Het woord:
JOUW
is een
A
persoonlijk voornaamwoord
B
vragend voornaamwoord
C
wederkerend voornaamwoord
D
bezittelijk voornaamwoord
Slide 14 - Quizvraag
Opdracht
Beschrijf hoe jouw kamer eruit ziet en wat voor spullen erin liggen.
Benoem minstens vijf dingen die er in je kamer te vinden zijn.
Maak hierbij gebruik van bezittelijke en persoonlijke voornaamwoorden.
Slide 15 - Tekstslide
Aan het werk
Maak online
§ 5 Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
Slide 16 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
Januari 2023
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
Taal/spelling week 4 les 1 - maandag
Augustus 2023
- Les met
15 slides
Nederlands
Basisschool
Groep 6-8
persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
Maart 2024
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
Grammatica - vmbo - Blok 4
Februari 2023
- Les met
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k, g
Leerjaar 3,4
Taal/spelling week 4 les 1 - maandag
Augustus 2023
- Les met
30 slides
Nederlands
Basisschool
Groep 6-8
Thema 7, week 2 Les 7 - persoonlijk voornaamwoord
Mei 2023
- Les met
24 slides
Taal
Basisschool
Groep 6,7
§ 8 Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
Oktober 2024
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
donderdag 11 mei
Mei 2023
- Les met
24 slides
NT2
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1