GWP 3.1 en 3.2 - Opkomst islam / hofstelsel en horigheid

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Monniken en Ridders

Ontstaan en verspreiding van de islam

De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid

Wat heb je ter voorbereiding op deze les gedaan?

Hoe heet het tijdvak dat duurt van 500 tot 1000? De tijd van ...

Hoe heet de periode die duurt van 500 tot 1500? De ...

Met welke gebeurtenis uit de laatste paragraaf van hoofdstuk 2 laten we de Middeleeuwen beginnen?

A. Noem een overeenkomst tussen het jodendom, christendom en de islam
B. Noem een verschil tussen het jodendom aan de ene kant en het christendom en de islam aan de andere kant

De moslims hebben gebied tot in Frankrijk veroverd.

1. Waar
2. Niet waar

Rond 1500 is heel het iberisch schiereiland heroverd op de moslims.

1. Waar
2. Niet waar

Rond 1450 wordt Istanbul veroverd door de christenen

1. Waar
2. Niet waar

In de Arabische wereld zijn in de Middeleeuwen veel slaven verhandeld. Westerse historici schrijven daar niet veel over. Welke reden zou je daarvoor kunnen bedenken? (vrij naar opdr. 13b)

Noem twee voorbeelden van verandering en één voorbeeld van continuïteit tussen ong. 300 en 600 voor inwoners van West-Europa.

Leg uit wat horigheid is en hoe dit is ontstaan.

Bekijk de afbeelding en leg uit of de afbeelding bij horigheid past.
Op de afbeelding zie ik .., dat past wel / niet bij horigheid, want ...

Wie woonde waar op het domein?

Lees onderstaande bron goed

Noord-Franse monniken schreven in 1087:

Wij, monniken van Marmoutier en Gautier Renaud, bezaten gezamenlijk mannelijke en vrouwelijke horigen, die onder ons verdeeld moesten worden. Daarom gingen wij in het jaar onzes Heren 1087 op de 6e juni, ten tijde van abt Bernard, over tot de verdeling van de mannelijke en vrouwelijke kinderen van verscheidene families. Wij hebben als deel ontvangen van de kinderen van Renaud de Villance een jongen, Barhélemi, en drie meisjes, Hersende, Milesende en Letgarde, en van de kinderen van Guascelin, een meisje Arembrugé, en een jongen, Gautier. Van de verdeling werd een zeer jong meisje uitgesloten, die in haar wieg bleef. Als zij blijft leven zal zij ons gemeenschappelijk eigendom zijn totdat over haar overeenstemming wordt bereikt.

Welke conclusie kan In deze bron zie je een munt uit Dorestad (8e/9e eeuw). Leg uit of dit een goed voorbeeld is van het kenmerkende aspect 'overgang van landbouwstedelijke samenleving naar landbouwsamenleving bestuurd door horigheid/hofstelsel'

Volgende week gaan we aan de slag met par. 3.3 en 3.4. Wat ga jij doen om de LessonUp goed te kunnen maken (en jezelf dus goed voor te bereiden op de toets aan het einde van het jaar)?