8.2 Hoe sociale ongelijkheid ontstaat





8.2 Ontstaat sociale ongelijkheid
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 150 min

Onderdelen in deze les





8.2 Ontstaat sociale ongelijkheid

Slide 1 - Tekstslide



Meerkeuzemaatschappij & participatiemaatschappij



Toebedeelde & verworven relaties


Onderhandelingshuishou-den


Cultuurelementen (5)




Realisatie- & hindermacht


Institutionalisering


2 elementen van socialisatie



Individualisering


Rationalisering
Leg de volgende begrippen/personen uit
timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Nu:
Start met het exact leren van de kernconcepten:
1. Sociale ongelijkheid
2. Macht
3. Individualisering
4. Rationalisering
5. Gezag
timer
5:00

Slide 4 - Tekstslide

2. Hoe sociale ongelijkheid ontstaat
  • Ideologie achter CITO & Centraal Examen is dat iedereen gelijke kansen krijgt. Praktijk is anders.
  • Positietoewijzing: maatschappelijke oorzaken die van buitenaf op persoon/groep inwerken. bv: omgeving (schoon/niet), niveau onderwijs.

Slide 5 - Tekstslide

  • Positieverwerving: verkrijgen van maatschappelijke positie door eigen bijdrage. bv. gezonde keuzes, wel of niet werken (aan school).
  • Self-fulfilling prophecy: je denkt iets en daarmee wordt het ook waar. Bv: ik kan het toch niet, niet leren en onvoldoende halen

Slide 6 - Tekstslide

  • subjectieve arbeidsmarktkansen: minder hard een baan zoeken, omdat je denkt dat je minder kans maakt.
  • Tegelijkertijd is ook veel verbeterd: meer vrouwen, meer mensen met migratie-achtergrond in hoger onderwijs + minder in elementaire/lage beroepen.

Slide 7 - Tekstslide

  • De afwezigheid van kapitaal kan een oorzaak zijn voor ongelijkheid (denk aan: economisch, sociaal & cultureel kapitaal).

Slide 8 - Tekstslide

Nu:
Onder de 5.0: maak tekstverkenners 2-5 opdracht 7

Tussen 5.0 en 6.5: maak opdracht 7

Boven 6,5: huiswerk is facultatief.
Nakijken is onderdeel van huiswerk maken!!

Slide 9 - Tekstslide

Nu:
Start met het exact leren van de kernconcepten:
1. Sociale ongelijkheid
2. Macht
3. Individualisering
4. Rationalisering
5. Gezag
timer
5:00

Slide 10 - Tekstslide

Veranderingen mbt sociale ongelijkheid
  • Europeanisering & globalisering: sommige groepen hebben voordeel van open grenzen, anderen minder (nieuwe onderklasse en nieuwe bedrijven)
  • informatisering & digitalisering:  digitale vaardigheden hebben leidt tot een voorsprong

Slide 11 - Tekstslide

  • veranderende man/vrouwverhouding: Zorgt voor meer gelijkheid
  • stijging opleidingsniveau: meer kansen, maar ook diploma-inflatie & zonder opleiding ongelijker

Slide 12 - Tekstslide

  • Ontwikkeling naar postindustriële samenleving: meer focus naar diensten dan producten wat betreft status. Verandering door theoretisch en praktisch ipv hoog- laagopgeleid als termen 

Slide 13 - Tekstslide

Machtstheorieën
  • Macht heeft invloed op sociale (on)gelijkheid:
  • Theorie van Pluralisme: verschillende groepen hebben de macht, waaronder vakbonden.
  • Machtselitetheorie: kleine groep heeft veel macht. Zelfde type mag beslissingen nemen (ook binnen theorie van pluriform). elite heeft sleutelpositie en dat zijn steeds dezelfde mensen.

Slide 14 - Tekstslide

Nu:
Onder de 5.0: maak tekstverkenners 2-8 opdracht 7 en 8,9 of 10

Tussen 5.0 en 6.5: maak opdracht 7 en 8,9 of 10

Boven 6,5: huiswerk is facultatief.
Nakijken is onderdeel van huiswerk maken!!

Slide 15 - Tekstslide