grammaire 2C

werkwoorden op -ir 
voorbeelden?

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransSecundair onderwijs

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les

werkwoorden op -ir 
voorbeelden?

Slide 1 - Tekstslide

voorbeelden
réagir (reageren), choisir (kiezen), finir (eindigen), grandir (groeien), grossir (dik worden), guérir (genezen), réfléchir (nadeken), réussir (slagen), rougir (blozen), vomir (overgeven)

Slide 2 - Tekstslide

choisir (stam + uitgang
ir = weglaten en voltooid deelwoord = eindigt op een -i
je choisis 
tu choisis
il choisit/ elle choisit/on choisit
nous choisissons
vous choisissez
ils/elles choisissent

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Slide 5 - Link

de onvoltooide verleden tijd (imparfait)
boek B exercice 16A en B bladzijde 106

Slide 6 - Tekstslide

l'imparfait
we gebruiken "l'imparfait" om te vertellen hoe iets was in het verleden of over een gewoonte in het verleden.
Bv : ma soeur chantait des chansons (mijn zus zong liedjes).
J'étais heureux (Ik was gelukkig).

Slide 7 - Tekstslide

de imparfait 
1. neem de nous-vorm van de présent. (nous dansons)
2.de uitgang -ons afhalen om de stam te hebben (dansons)
3.voeg aan de stam  de uitgangen toe van de imparfait : 
-ais, -ais, -ait, -ions, -iez, -aient

Slide 8 - Tekstslide

danser (stam + uitgang)
je dans-ais (= ik danste)                 nous dans-ions (we dansten)
tu dans-ais (=jij danste)                 vous dans-iez (jullie dansten)
il/elle/on dans-ait (hij/ze danste)               ils/elles dans-aient (ze  dansten)

Slide 9 - Tekstslide

Let op!
bij het werkwoord "etre" is de stam : "ét-".
ik was = j'étais              we waren = nous étions
je was = tu étais        jullie waren = vous étiez
hij/ze was = il/elle était        ze waren = ils/elles étaient

Slide 10 - Tekstslide

Schrijf van de werkwoorden de nous-vorm op. Maak vervolgens de stam.
bv : danser - dansons - dans
jouer  :
raconter :
vendre :
faire :

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Slide 13 - Link

Avant, je...... toute la nuit aux jeux vidéo.
A
jouait
B
jouais
C
jouiez
D
jouions

Slide 14 - Quizvraag

vous ..... toujours des histoires drôles!
A
racontait
B
racontions
C
racontais
D
racontiez

Slide 15 - Quizvraag

Au marché, des enfants......leur jeu.
A
vendait
B
vendaient
C
vendions
D
vendais

Slide 16 - Quizvraag

Tu .....souvent des compliments à ta soeur.
A
faisions
B
faisaient
C
faisais
D
faisait

Slide 17 - Quizvraag

ma grand-mère ne .....rien sans lunettes.
A
voyait
B
voyais
C
voyaient
D
voyions

Slide 18 - Quizvraag

nous .....toujours notre travail à 18h.
A
finissait
B
finissaient
C
finissions
D
finissiez

Slide 19 - Quizvraag

Vous.....la télé tous les soirs, monsieur Dupont?
A
regarder
B
regardez
C
regardions
D
regardiez

Slide 20 - Quizvraag

Marie et Marc .....toujours des mauvaises idées.
A
ont
B
avaient
C
avait
D
avions

Slide 21 - Quizvraag