In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
7.5 - Afweer
Slide 1 - Tekstslide
Doelen van deze paragraaf
Je kan omschrijven op welke manier antistoffen bescherming bieden tegen ziekteverwekkers
Je kan omschrijven op welke manier immuniteit kan ontstaan
Slide 2 - Tekstslide
Wat is afweer?
Lichaamsvreemde stoffen kunnen je ziek maken:
- Bacterie
- Schimmel
- Virus
Infectie -> ziekteverwekker dringt je lichaamscellen binnen
Slide 3 - Tekstslide
Algemene afweer
Koorts
Vroeger:
TBC (tuberculose) door bacterie, nu gedood door antibiotica
Slide 4 - Tekstslide
Specifieke afweer
Slide 5 - Tekstslide
Natuurlijke immuniteit
Jij bent ziek geweest
Je hebt antistoffen
aangemaakt tegen
die ziekte
Slide 6 - Tekstslide
Natuurlijke immuniteit
Immuun = witte bloedcellen onthouden de antistof
Slide 7 - Tekstslide
kunstmatige immuniteit
vaccinatie
dode of verzwakte ziekteverwekker
actieve immunisatie of passieve immunisatie
Slide 8 - Tekstslide
Kunstmatige immuniteit
Vaccin: dode of verzwakte ziekteverwekker of antigenen
Actieve immunisatie
Slide 9 - Tekstslide
Kunstmatige immuniteit
Serum: Antistoffen tegen bepaalde ziekteverwekkers
Passieve immuniteit
Slide 10 - Tekstslide
Vragen?
Slide 11 - Tekstslide
Wat is actieve immunisatie
A
Je lichaam maakt zelf antigenen tegen de ziekte
B
Je lichaam maakt zelf antistoffen tegen de ziekte.
C
Je krijgt niks ingespoten
D
Je krijgt een vaccin ingespoten
Slide 12 - Quizvraag
Welke uitspraak over de specifieke afweer is waar?
A
Antistoffen werken specifiek tegen 1 antigeen
B
Niet alle ziekteverwekkers hebben antigenen: daarom wordt je ziek
C
Alle typen witte bloedcellen kunnen ziekteverwekkers insluiten
D
De specifieke afweer komt meteen in actie bij een infectie
Slide 13 - Quizvraag
Je bent door een slang gebeten en je moet een spuitje met antigif krijgen. Wat voor soort immunisatie is dit?
A
Natuurlijke actieve immunisatie
B
Natuurlijke passieve immunisatie
C
Kunstmatige passieve immunisatie
D
Kunstmatige actieve immunisatie
Slide 14 - Quizvraag
Het toedienen van een vaccinatie hoort bij
A
Natuurlijke passieve immunisatie
B
Kunstmatige actieve immunisatie
C
Natuurlijke actieve immunisatie
D
Kunstmatige passieve immunisatie
Slide 15 - Quizvraag
Wat krijg je bij een inenting toegediend?
A
witte bloed cellen
B
stoffen die de ziekte bestrijden
C
een verzwakt of dode ziekteverwekker
D
extra vitamines
Slide 16 - Quizvraag
Tekst
Sleep de woorden naar de juiste vorm van immuniteit/immunisatie
Tekst
Tekst
Tekst
Tekst
Tekst
Na doormaken mazelen
Aanmaak antistoffen
Tekst
Serum
Vaccinatie
Koorts
Slide 17 - Sleepvraag
Gele koorts is een ziekte die wordt veroorzaakt door een virus. Dat virus wordt van besmette personen overgedragen door muggensoorten die voorkomen in Afrika en Zuid-Amerika. Ongeveer een week na infectie met het virus gaat het lichaam antistoffen tegen het virus maken. Een patiënt is na genezing levenslang immuun. Kaj werd in Afrika besmet. Lijn R in de grafiek van afbeelding 6 toont de vorming van antistoffen in zijn bloed. Een jaar later wordt Kaj weer besmet. Welke lijn toont de vorming van antistoffen na deze 2e infectie?