1.2.1. AFP

• Anatomie Fysiologie Pathologie
• MBO
• Studiejaar 1

Anatomie, Fysiologie en Pathologie 

Week 46 Les 1

Leerjaar 1

Periode 2

Welkom

Deze week: Algemene 

geneesmiddelenkennis

Lesindeling

-Terugblik P1
-Vooruitblik P2

-Theorie geneesmiddelen
-Zelf aan de slag met
verwerkingsopdrachten.

-Afronden en huiswerk 

Terugblik periode 1

Wat laat je thuis en wat neem je mee?

Voorbereiding: Elke student schrijft kort voor zich zelf op Wat ze in P2 hetzelfde blijft doen rondom het vak AFP en wat je in P2 anders gaat doen voor AFP.

 

Uitvoering: 1 student start en zegt wat ze hetzelfde gaat doen in P2. Persoon 2 zegt: Student 1 (naam noemen) gaat …. In P2 hetzelfde doen en ik…. ,persoon 3 doet dit voor P1 2 en voor zichzelf. Etc.

Als student het niet meer weet of iets fout zegt is ze af. Wie blijft het langst in de race?

Als de eerste ronde voorbij. Doe je hetzelfde voor Wat ga je anders doen.

Vooruitblik periode 2

Deze periode twee delen: 

• Algemene geneesmiddelenkennis (week 46/47)
• Circulatie en Hart- en vaatziekten (week 48 t/m 4)

Week 49: Toets Algemene geneesmiddelenkennis

• Tijdens eerste blok

Week 5: Toets Hart en bloedvaten deel 1

• Zie rooster bijzondere lesweek

Via kennistoetsenbank (H1 en H2 boek + aantekeningen en powerpoints/lessonups en opdrachten)

Geneesmiddelen

Wat is een geneesmiddel?

Wat weet je over geneesmiddelen: woordweb maken op bord

Filmpje ter introductie op het onderwerp. Verschillende deelonderwerpen komen deze weken aan bod. Denk aan werking, naamgeving, waar te halen. etc.

Het gaat in deze module nog niet om de werking van aspirine maar wel om werking in het algemeen van diverse gm.

Geneesmiddelen

Geneesmiddelenwet:  Geneesmiddelen zijn stoffen die bestemd zijn om ziekten te genezen of te voorkomen

• Herstellen/verbeteren/wijzigen van orgaan functioneren
• Hulp bij stellen van medische diagnose

Register Verpakte Geneesmiddelen (RVG) of het Europese Register

• Medicijn moet werkzaam zijn bij bepaalde ziekte
• Medicijn is in aanbevolen dosering niet schadelijk

Verkrijgbaarheid

1. UR-middelen: Uitsluitend Recept geneesmiddelen
   
   
2. UA-middelen: Uitsluitend Apotheek geneesmiddelen
   
   
3. UAD-middelen: Uitsluitend Apotheek en Drogist geneesmiddelen
   
   
4. AV-middelen: Algemeen verkrijgbare geneesmiddelen (OTC)

Naamgeving

Een medicijn heeft 3 verschillende namen:

1. Chemische naam: van de chemische stof
2. Stofnaam: internationaal bekende naam
3. Merknaam: specialiténaam, 'fantasienaam'

Bijvoorbeeld paracetamol:
para-acetylaminofenol -> paracetamol -> ? (merknaam)

Paracetamol is sinds 1893 internationaal op de markt. Het is zonder recept verkrijgbaar onder de merknamen Daro paracetamol vloeibaar voor kinderen, Kinderparacetamol, Panadol, Pinex, Sinaspril-Paracetamol en het merkloze Paracetamol 

Merk- en stofnaam

• Farmaceuten hebben een patent op een medicijn (=/- 10 jaar)
• Hierna mogen ook andere fabrikanten het medicijn maken.

Merk- en stofnaam

• De huisartsen in Nederland schrijven zo veel mogelijk voor op stofnaam. (preferentiebeleid)
• Bij een medische noodzaak voor een spécialité schrijft de arts mn op het recept. 

Merk- en stofnaam

• Wat betekenen de volgende afkortingen?
  ®™

Reclame

Reclame voor geneesmiddelen:

• Artsenbezoekers: Verkopers van medicijnen
  
  
• Reclame voor GM op recept/patiënten: Tv, radio, social media (verboden)
  
  
• Valse voorlichting: Als iets te mooi is om waar te zijn...

Kennen jullie deze?

De verdunning van 200K is verdund tot één actief deeltje op 10^400 deeltjes. Praktisch betekent dit, dat een dosis Oscillococcinum geen enkele molecule van dierlijke oorsprong bevat. De pillen bestaan uit bindmiddel en suikers waaronder lactose en kunnen op grond hiervan niet werkzaam zijn.

1. Waarom staat op de verpakking niet waarvoor Oscillococcinum gebruikt kan worden?

Sinds juli 2012 is de Geneesmiddelenwet aangepast waardoor op de verpakking of in de bijsluiter van homeopathische geneesmiddelen niet langer vermeld mag worden waarvoor het middel gebruikt kan worden. Via persoonlijk contact met de drogist/apotheker mag wel advies gegeven worden.

Zelf aan de slag

1. Open het 'Werkboek Algemene Geneesmiddelenkennis' op Cumlaude
2. Gebruik het boek 'Geneesmiddelenkennis voor doktersassistenten' Hoofdstuk 1 en 2 om de vragen te maken
3. Sla de antwoorden op; komende week werk je hier verder aan!
4. Aan het eind van de  laatste les AFP in week 47 a.s. lever je de opdrachten in via het inleverbakje op Cumlaude. 
   
5. De docent bekijkt je opdrachten en indien akkoord krijg je de antwoorden zodat je (indien van toepassing bij de opdracht) jezelf kunt nakijken. Als je voldoet aan alle voorwaarden krijg je een foute vraag op de toets goed gerekend. (Zie voorwaarden in het werkboek)
6. Gebruik deze opdrachten bij het leren.
7. Let op: opdrachten die na de deadline  worden ingeleverd, zullen niet meer nagekeken worden!
8. Het inleveren is een voorwaarde voor deelname aan de toets. 

Afronding en huiswerk

Huiswerk:

• Lezen hoofdstuk 1 van 'Geneesmiddelenkennis voor doktersassistenten'
• Neem het boek 'Geneesmiddelenkennis voor doktersassistenten' mee naar de les!