HNE Duits HNE M2 Blok 2 les 1: S9

Herzlich Willkommen im Deutschunterricht!
Mittwoch 8. November 2022
Woche 45 - Herbst 
Du brauchst: 
- Buch
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Herzlich Willkommen im Deutschunterricht!
Mittwoch 8. November 2022
Woche 45 - Herbst 
Du brauchst: 
- Buch

Slide 1 - Tekstslide

Was machen wir heute?
  • Hausaufgaben überprüfen
  • wir üben Wörter
  • Grammatik wiederholen und neu!
  • Fall der Mauer

Slide 2 - Tekstslide

Hausaufgaben überprüfen
Aufgabe 2b, 3b+c + 6

Slide 3 - Tekstslide

der Ausflug
das Essen
das Wochenende
die Eltern
das Frühstück
fahren
das Dorf
gut
schlecht
het hotel
de excursie / uitje
het ontbijt
het weekend
het eten
het hotel
slecht
goed
het dorp
rijden
de ouders

Slide 4 - Sleepvraag

Zwakke werkwoorden 
Hoe zat het ook alweer?

Slide 5 - Tekstslide

Wat weet je er nog van?

Slide 6 - Woordweb

-e
-st
-en
-t
-en
-t
ich
du
er/sie/es
wir
sie/Sie
ihr

Slide 7 - Sleepvraag

hele werkwoord = spielen

ich 
du
er / sie / es

wir
ihr
sie / Sie
STAM
spiel -
spiel - 
spiel - 

spiel - 
spiel - 
spiel - 
Ezelsbrug is: 
(fe)esttenten

(f
e)
e
st 

en 
en 

Slide 8 - Tekstslide

Vul de juiste vervoeging van "machen" in:
Warum ... er das?
A
machen
B
macht
C
mache
D
machst

Slide 9 - Quizvraag

wohnen
Sie ... in Australien
A
wohnen
B
wohne
C
wohnst
D
wohnt

Slide 10 - Quizvraag

kochen
Ihr.... heute Pasta.
A
kochen
B
kocht
C
kochst
D
koche

Slide 11 - Quizvraag

lieben
... du deine Freundin?
A
liebe
B
lieben
C
liebt
D
liebst

Slide 12 - Quizvraag

Zahlen (S. 91)

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Welk antwoord is goed?
11
A
elf
B
eins
C
zwölf
D
dreizehn

Slide 15 - Quizvraag

Vul de juiste woorden in:
eins, zwei, .........., vier, .........., sechs, .........., acht, .........., ............

Slide 16 - Open vraag

6
2
9
zwei
neun
sechs 

Slide 17 - Sleepvraag

Hoe schrijf je dit getal in het Duits?
16

Slide 18 - Open vraag

Welk antwoord is juist?
A
eins, zwei, drie, vier
B
zehn, elf, zwolf, dreizehn
C
sechzehn, siebzehn, achtzehn, neunzehn
D
sieben, acht, nein, zehn

Slide 19 - Quizvraag

zwölf
fünfzehn
siebzehn
12
17
15

Slide 20 - Sleepvraag

Vul de juiste woorden in:
elf, zwölf, ..........., vierzehn, ..........., ..........., siebzehn, achtzehn. ............., ..............

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Video

5

Slide 23 - Video

00:44
De regering in de DDR was erg streng en bepaalde veel. Wat kon je nog wel zelf bepalen
A
Bücher: welke boeken je wil lezen.
B
Musik: welke muziek je graag luistert
C
Meinung: wat je ergens van vindt.
D
Bettzeit: hoe laat je naar bed wil gaan.

Slide 24 - Quizvraag

00:57
Steeds meer mensen verlieten de DDR. Wat gebeurde er toen?
A
De BRD ging de grenzen steeds beter bewaken.
B
De DDR zorgde voor steeds meer grensbewaking.

Slide 25 - Quizvraag

01:19
Was geschah am 13 August 1961 in Berlin?
A
De grenzen werden gesloten, en de muur werd gebouwd.
B
Er werden plannen gemaakt om een muur te bouwen.
C
Er was een grote opstand

Slide 26 - Quizvraag

01:26
Waar zorgde de bouw van de muur voor?
A
Voor veel extra werkgelegenheid en dus meer koopkracht.
B
Dat je je vrienden en familie die in dezelfde stad woonde niet meer kon zien.
C
De waarde van de DDR-munt (Pfennig) steeg ineens enorm.
D
Eindelijk kon je weer vrij reizen.

Slide 27 - Quizvraag

01:55
Hoeveel jaar heeft de muur Berlijn gescheiden (alleen getal opschrijven).

Slide 28 - Open vraag

Slide 29 - Video

Slide 30 - Video

4

Slide 31 - Video

00:46
Wat zegt deze meneer Schabovsky?

Slide 32 - Open vraag

00:55
Wat denk je dat 'sofort' betekent?
A
binnenkort
B
meteen
C
waarschijnlijk
D
morgen

Slide 33 - Quizvraag

02:20
Na hoeveel jaar kunnen mensen nu weer van Oost naar West Berlijn?
A
27
B
29
C
28
D
30

Slide 34 - Quizvraag

03:16
Wat gebeurt hier?
A
De mensen uit Oost Berlijn klimmen op de muur.
B
De mensen uit West-Berlijn jagen de mensen uit Oost-Berlijn weg
C
De mensen uit Oost- en West-Berlijn verbroederen zich met elkaar

Slide 35 - Quizvraag

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide