Les 1: De Maatschappij

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Chromebook, JdW-map, etui 

Slide 3 - Tekstslide

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.
Maatschappijkunde K3 2024-2025

  • Periode 1: Cultuur & Werk

  • Periode 2: Criminaliteit & Media

  • Periode 3: Politiek

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


WERK & MEDIA



Les X: Titel les
Maatschappijleer
HB3B
Les 1: De Maatschappij (H1.1 & H1.2)
Maatschappijkunde Kader 3
2024-2025
CULTUUR EN IDENTITEIT

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen

  1. Je kunt uitleggen waar maatschappijkunde over gaat
  2. Je kent de kernbegrippen: norm, waarde, belang, belangentegenstelling, macht, machtsmiddelen en sociale ongelijkheid (R)
  3. Je kunt het verschil tussen gedragsregels en wetten toelichten (T)
  4. Je kunt de basiswaarden van de Nederlandse maatschappij benoemen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.1 De Maatschappij
Samenleven doe je in het klein en in het groot. In een gezin leef je samen in een kleine groep, bijvoorbeeld met je ouders, broers en zussen. Ook met je vrienden, je klasgenoten, en als je een baantje hebt je collega's, ben je een samenleving in het klein. Samenleven in het groot doe je met 18 miljoen andere inwoners van Nederland. We noemen dit dan "de Nederlandse samenleving" of de maatschappij. 

Bij maatschappijkunde leer je hoe de Nederlandse maatschappij in elkaar zit en hoe mensen met elkaar samenleven.  We kijken hoe mensen regels aanleren en wat er in de maatschappij mis kan gaan. Je leert hoe de politiek problemen probeert op te lossen. Denk bijvoorbeeld aan criminaliteit, discriminatie en milieuvervuiling.  

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Gedragsregels
Een gedragsregel is een regel die ervoor zorgt dat we rekening houden met anderen. Je niest bijvoorbeeld in je elleboog en bedankt mensen als ze iets voor je hebben gedaan.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bedenk zelf een voorbeeld van een gedragsregel in de samenleving of in een andere groep.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wetten
Naast gedragsregels zijn er ook wetten, 
gemaakt door politici. Een wet is een 
geschreven regel waar iedereen zich 
aan moet houden. Bijvoorbeeld dat je 
tot 16 jaar leerplichtig bent en dat je 
belasting betaalt als je werkt. Wetten 
regelen ook dat je ten minste het 
minimumloon moet verdienen en dat 
stelen strafbaar is. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarden en normen
Een waarde is alles wat iemand belangrijk vindt. 
Waarden gaan over idealen en ideeën, en eindigen vaak op -heid. 
Bijvoorbeeld: eerlijkheid of gezondheid. 

Als je gezondheid belangrijk vindt, 
heb je als regel dat je gezond moet eten. 
Dat zijn normen: regels over hoe je je moet gedragen. 
Normen beginnen vaak met zoiets als "Je mag niet..." of "Je moet niet..."

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem een norm (gedragsregel)
die wij op school hebben.

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem een norm (gedragsregel)
die bij jou thuis geldt.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Gelijkheid is een...
A
Norm
B
Waarde

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opstaan voor een zwangere vrouw in de tram is een...
A
Norm
B
Waarde

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

MACHT

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Xi Jinping
Vladimir Poetin
Joe Biden
Elon Musk
Jeff Bezos
Paus Franciscus
Bill Gates
Mohammad Bin Salman
Narendra Modi
Larry Page

Slide 18 - Sleepvraag

Top 10 meest machtige mensen
Forbes Magazine 22

Macht

Macht is de mogelijkheid om het
 gedrag van anderen te beïnvloeden. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem een manier waarop influencers macht kunnen uitoefenen op hun volgers.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Op welke manieren
kun je meer macht
krijgen?

Slide 21 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Machtsmiddelen
  • functie of beroep
  • kennis en vaardigheden
  • aanzien of status
  • overtuigingskracht
  • veel geld
  • het aantal mensen dat gezamenlijk iets wil
  • toegang tot de media
  • toegang tot invloedrijke personen of politici
  • het gebruik van geweld

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Belangen

Bij de keuzes die mensen maken, spelen belangen een rol. Een belang is het voordeel dat je ergens bij hebt. Stel dat je moet kiezen tussen een lesrooster zonder tussenuren en een met iedere dag vier tussenuren. Dan kies je natuurlijk voor het eerste omdat je dan eerder vrij bent. 

Soms is er sprake van belangentegenstelling, het belang van de ene persoon botst met het belang van de andere.Een voorbeeld: de een wil dat vliegen goedkoop is omdat hij graag verre reizen maakt, de ander wil het juist duur maken omdat vliegen erg milieuvervuilend is.  Bij veel problemen die in de samenleving spelen, kom je zulke tegenstellingen tegen. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Sociale ongelijkheid

Sociale ongelijkheid betekent dat niet iedereen dezelfde kansen heeft in de samenleving. Denk bijvoorbeeld aan discriminatie op de arbeidsmarkt of de inkomensverschillen tussen een bankdirecteur en een schoonmaker. En vrouwen en mannen worden soms onterecht verschillend behandeld. Sociale ongelijkheid komt dus op veel manieren voor in de samenleving. 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten H1.1-H1.2
H1.1: opdracht 4, 5, 6, 7 (blz. 6-7)
H 1.2: opdracht 1 t/m 12 (blz. 10-11)

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
20:00

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Opdrachten bespreken

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk voor volgende keer
Invullen samenvatting H1.1 en H1.2 (blz. 21)

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen
Gedragsregel
Wet
Waarden
Normen
Belang
Belangentegenstelling
Macht
Machtsmiddelen
Sociale ongelijkheid

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies