In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
H6.1 Wat is de overheid?
Slide 1 - Tekstslide
Wat ga je leren?
Welke overheden er zijn en wat hun taken zijn
Hoe de overheid ons gedrag beïnvloedt
Wat collectieve goederen zijn en er enkele voorbeelden van noemen
Wat het verschil is tussen de collectieve en de particuliere sector
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Opdracht 2.
De rijksoverheid hoort bij de centrale / lagere overheid. Een gemeente is een voorbeeld van een centrale / lagere overheid.
A
Centrale, lagere
B
lagere, lagere
C
lagere, centrale
D
centrale, centrale
Slide 5 - Quizvraag
Opdracht 3
Zet de taken hieronder bij de juiste overheid.
1. aanleg van een parkje in een woonwijk
2. een plek aanwijzen voor een nieuw industrieterrein
3. een wet maken die roken bij speeltuinen en sportvelden verbiedt
Rijksoverheid
Gemeente
Provincie
Slide 6 - Sleepvraag
Slide 7 - Tekstslide
Opdracht 4 Een transportbedrijf wil voortaan alles elektrisch vervoeren. Ze kopen daarom elektrische vrachtwagens en bestelbussen. Kies het juiste antwoord. Voor de aanschaf van de vrachtwagens en bussen krijgt het bedrijf accijns / subsidie
A
Accijns
B
Subsidie
Slide 8 - Quizvraag
Maken opdracht 5 + 6
timer
4:00
Slide 9 - Tekstslide
Opdracht 5
A. €8.640 : 120 = €72
B. €240 + €72 = €312
Slide 10 - Tekstslide
Opdracht 6
A. 0,14 + 1,00 + 0,12 = €1,26
B. €1,26 : 20 = 0,06
C. Bijv. ja roken wordt duurder en minder aantrekkelijk
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Maken opdracht 7 en 8
timer
3:00
Slide 13 - Tekstslide
Opdracht 7
Collectieve goederen
Reden 1 en 2
Reden 2 en 3
Reden 3
Slide 14 - Tekstslide
Opdracht 8
Meer
Eigen antwoord
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Opdracht 9
Vul in: De collectieve sector bestaat uit de ............................. en instellingen voor de ..........................., zoals het .........................
overheid
sociale zekerheid
uwv
Slide 17 - Sleepvraag
Opdracht 10. Bekijk de foto in je boek en kies het juiste antwoord. De persoon op de foto werkt in de collectieve / particuliere sector
A
Collectieve sector
B
Particuliere sector
Slide 18 - Quizvraag
Opdracht 11. Een commercieel bedrijf, zoals de H&M, hoort bij de collectieve / particuliere sector. Ze probeert winst te maken door de verkoopprijs van de producten hoger / lager te maken dan de inkoopprijs
A
Collectieve , hoger
B
Particuliere, lager
C
Particuliere, hoger
D
Collectieve, lager
Slide 19 - Quizvraag
Weet je het nu?
Je kunt 3 overheidslagen noemen en beschrijven wat zij doen
Je kunt uitleggen met welke twee maatregelen de overheid ons gedrag beïnvloedt
Je kunt uitleggen wat de collectieve goederen zijn en enkele voorbeelden noemen
Je kunt het verschil uitleggen tussen de collectieve en particuliere sector