Anamnesegesprek voeren

Vragen stellen en anamnese afnemen
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Vragen stellen en anamnese afnemen

Slide 1 - Tekstslide

Lesopzet
Herhalen van informatie over vragen stellen

De student gaat oefenen met een anamnesegesprek

Slide 2 - Tekstslide

Wat zijn open vragen?
A
Vragen die met ja of nee beantwoord kunnen worden.
B
Beginnen vaak met wat, waarom, wie, welke of wanneer.
C
Zijn bedoeld als openingszin.
D
Geven beperkt ruimte om te antwoorden

Slide 3 - Quizvraag

Gesloten vragen worden gebruikt om...
A
te checken of iets klopt.
B
meer informatie te krijgen.
C
kunnen niet worden beantwoord met ja of nee

Slide 4 - Quizvraag

Doorvragen is...
A
om te reflecteren op een situatie
B
om iemand te sturen in zijn/haar antwoord
C
altijd met ja of nee te beantwoorden.
D
om helder te krijgen wat iemand bedoeld

Slide 5 - Quizvraag

Een voorbeeld van een reflecterende vraag is...
A
Wat heb jij het afgelopen weekend gedaan?
B
Hoe ervaar je dat?
C
Wat bedoel je daar precies mee?
D
Je wilt zeker wandelen vandaag?

Slide 6 - Quizvraag

Wat is parafraseren?
A
Een conclusie trekken uit wat iemand heeft gezegd
B
In eigen woorden vertellen wat een ander heeft gezegd
C
Iemand een wedervraag stellen
D
Het corrigeren van een uitspraak.

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Doel van anamnesegesprek
- Verzamelen van gegevens
- Kennismaking
- De eerste behoeften, wensen en gewoonten van een zorgvrager in kaart brengen

Slide 9 - Tekstslide

Praktische tips 
Gebruik de juiste vraagtechniek: open vragen.
Kies de juiste woorden: pas woordgebruik aan.
Houd rekening met het referentiekader: referentiekader is 'de bril' waardoor mensen kijken naar situaties en zaken.
Elk referentiekader is anders dit wordt bepaald door ervaringen. 
Houd rekening met onderlinge relaties tussen naasten.

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht oefening anamnesegesprek
Groepjes maken (afhankelijk van het aantal leerlingen)
1 iemand is de zorgvrager en neemt een casus van zijn of haar stage.
De rest gaat vragen stellen en proberen zo veel mogelijk informatie te krijgen. Doe dit aan de hand van de 11 gezondheidspatronen.

Slide 11 - Tekstslide