4.2 Het oplossen van zouten

Hoofdstuk 4.2 Het oplossen van zouten
Uitleg oplossen van zouten
Oplosbaarheid
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4.2 Het oplossen van zouten
Uitleg oplossen van zouten
Oplosbaarheid

Slide 1 - Tekstslide

Doelen 
  • Ik kan het verband uitleggen tussen de oplosbaarheid en geleidbaarheid van een zout.
  • Ik kan een oplosvergelijking opstellen.
  • Ik ken enkele bijzondere oplossingen (figuur 4.6).
  • Ik kan uit de oplosbaarheidstabel (BINAS TB45A) opzoeken of een stof goed, matig of slecht oplost.

Slide 2 - Tekstslide

Vragen uit 4.1?

Slide 3 - Woordweb

Pak de Binas tabel 45A erbij!!

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de formule van natriumcarbonaat?
A
NaCO3
B
Na2CO32
C
Na2CO3
D
Na2(CO3)2

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de zoutformule van calciumhydroxide?
A
CaOH2
B
Ca(OH)2
C
Ca2OH
D
(Ca)(OH)

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de formule van ammoniumsulfaat?
A
(NH4)2SO4
B
(NH4)(SO4)
C
NH4SO4
D
NH4(SO4)2

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Oplosbaarheid van zouten
Een zout:
  • postief-ion
  • negatief-ion
Oplossen in water
  • Ionen worden opgeven door water
  • Toestandsaanduiding: aq van aqua

Slide 9 - Tekstslide

Verzadiging

  • Zout-oplossing is verzadigd wanneer je geen zout meer kan oplossen.
  • Sommige zouten lossen maar een heeeeeel klein beetje op --> S
  • Sommige zouten lossen maar voor een gedeelte op --> M
  • Sommige zouten lossen goed op --> G, maar niet oneindig.

  • Je kan veel natriumchloride (keukenzout) oplossen, maar niet vele kilo's in 1 liter water.

Slide 10 - Tekstslide

Pak de Binas tabel 45A erbij!!

Slide 11 - Tekstslide

Hoe is de oplosbaarheid van magnesiumfosfaat
A
goed
B
matig
C
slecht

Slide 12 - Quizvraag

Hoe is de oplosbaarheid van ijzerbromide
A
goed
B
matig
C
slecht

Slide 13 - Quizvraag

Hoe is de oplosbaarheid van ammoniumfosfaat
A
goed
B
matig
C
slecht

Slide 14 - Quizvraag

Wanneer is een zout oplossing verzadigd?
Als...
A
...de maximale hoeveelheid zout is opgelost
B
...de maximale hoeveelheid water is opgelost
C
...je niet meer kan roeren.
D
...de oplossing vast wordt.

Slide 15 - Quizvraag

Oplosvergelijking
voor de pijl:               na de pijl:
vast zout             zoutopLOSsing

NaCl(s)   -->  Na+ (aq)  +  Cl-(aq)

ionen aan                  ionen
elkaar vast                 LOS

Slide 16 - Tekstslide

 Geef de oplosvergelijking van aluminiumsulfaat
timer
3:00

Slide 17 - Tekstslide

oplosvergelijking van aluminiumsulfaat: alle ionen laten elkaar los, er ontstaan 2 losse aluminiumionen en 3 losse sulfaationen
 Geef de oplosvergelijking van aluminiumsulfaat
1. noteer eerst de juiste verhoudingsformule van het zout voor de pijl. 
2. Noteer daarna de losse ionen MET lading erbij na de pijl. 

3. Vergeet niet kloppend te maken. Zet de getallen op de juiste plek

Slide 18 - Tekstslide

Geef de oplosvergelijking voor
Na2SO4

Slide 19 - Open vraag

Triviale namen, leer deze!
Na+ (aq) + OH- (aq)
Natriumhydroxide
Natronloog
K+ (aq) + OH- (aq)
Kaliumhydroxide
Kaliloog
Ca2+ (aq) + 2 OH- (aq)
Calciumhydroxide
Kalkwater
Ba2+ (aq) + 2 OH- (aq)
Bariumhydroxide
Barietwater

Slide 20 - Tekstslide

De oplosvergelijking van aliminiumfosfaat is:
A
Al3+(aq)+PO43(aq)AlPO4(s)
B
AlPO4(s)Al3+(aq)+PO43(aq)
C
Dit zout lost slecht op.
D
AlPO4Al3++PO43

Slide 21 - Quizvraag

De indampvergelijking van
zinknitraat is:
A
Zn2+(aq)+2NO3(aq)Zn(NO3)2(s)
B
Zn(NO3)2(s)Zn2+(aq)+2NO3(aq)
C
Zn2++2NO3Zn(NO3)2
D
Zn(NO3)2Zn2++2NO3

Slide 22 - Quizvraag

Aan de slag

H: 24 
B: 19 t/m 23, 25, 27 en 28
V: 26

Slide 23 - Tekstslide

Vast 
zout
Zout-
oplossing
vast zout = verhoudingsformule
Opgelost zout = losse ionen
Alleen bij losse ionen de fase  (aq)
Bij de verhoudings-formule de fase (s)
Hydratatie van ionen
Stroomgeleiding bij vrij bewegende ionen

Slide 24 - Sleepvraag