In deze les zitten 20 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Planten en dieren
Slide 1 - Tekstslide
Wat ga je leren?
Wat is de levende en levenloze natuur.
Dieren indelen in groepen
Wat is de leefomgeving, vorm en schutkleur van een dier.
Wat is een gedaanteverwisseling en welke dieren ondergaan dit?
Uit welke delen bestaat een plant en wat zijn de functies van deze onderdelen?
Planten indelen in groepen.
Wat is een voedselketen en wat is een voedselweb?
Slide 2 - Tekstslide
Dit ga je deze les leren.
Wat is levende en levenloze natuur.
Je leert uit welke verschillende groepen dieren er bestaan.
Je leert wat over de leefomgeving en schutkleur van deze dieren.
Uitleg over het lapbook wat jullie gaan maken.
Slide 3 - Tekstslide
Levende natuur
De levende natuur bestaat uit planten en dieren.
Er zijn wel miljoenen soorten.
Al die soorten kun je indelen in groepen.
Slide 4 - Tekstslide
Planten en dieren horen bij de levende natuur.
Dat betekent dat deze natuur leeft.
Slide 5 - Tekstslide
Hier zie je bergen van steen met sneeuw.
Bergen, sneeuw en wolken horen bij de niet-levende natuur.
Dat betekent dat deze natuur niet leeft.
Slide 6 - Tekstslide
Niet- levende natuur
Levende natuur
Sleep de afbeelding naar de juiste benaming.
Slide 7 - Sleepvraag
Gewervelde dieren
Het dierenrijk kent 7 stammen.
Eén van de stammen noemt men 'gewervelden'.
Binnen de stam van de gewervelden zijn er
5 groepen.
Alle gewervelde dieren hebben een inwendig skelet. Een onderdeel van dat skelet is de wervelkolom. De wervelkolom is opgebouwd uit wervels.
gewervelden
Tweezijdig symmetrisch
Inwendig skelet
Ze hebben een wervelkolom die opgebouwd is uit wervels
indeling klasse:
voortplanting
lichaamstemperatuur
Slide 8 - Tekstslide
Vissen
Kenmerken
* leven in het water
* eieren zonder schaal
* kieuwen
* leven in water
* schubben & slijm
Slide 9 - Tekstslide
Amfibieën
Kenmerken
* eieren zonder schaal
* jonge amfibieën leven in water, kieuwen
* grotere amfibieën, kunnen op land leven, longen & huid ademhalen
* slijm
(salemander, pad, kikker)
Slide 10 - Tekstslide
Reptielen
Kenmerken
* eieren leerachtige schaal
* leggen eieren op land
* longen
* meeste leven op land
* sommige leven in water
* huid - droge schubben
(slang, hagedis, krokodil)
Slide 11 - Tekstslide
Vogels
Kenmerken
* eieren met kalkschaal
* longen
* meeste kunnen vliegen
* veren
(Een pinguïn is een vogel, maar hij heeft geen veren)
Slide 12 - Tekstslide
Zoogdieren
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Waarom heeft een dier bijvoorbeeld een schutkleur?
Slide 15 - Tekstslide
Aanpassen en overleven
Dieren en planten passen zich aan.
Hoe hun omgeving is maakt uit hoe ze leven en eruit zien.
Net als jij: is het koud, dan trek je een jas aan.
In de zomer ben je een stuk bloter en bruiner, en eet je ook anders! Zo is het in de natuur...
Aanpassen om te overleven. Wat heeft deze boom gedaan om zich aan te passen zodat deze kon overleven?
Slide 16 - Tekstslide
verstoppertje spelen
Veel dieren verstoppen zich voor de vijand. Ze graven zich bijvoorbeeld in het zand in of verstoppen zich tussen het koraal. Kunnen ze mooi niet zo snel gevonden worden!
schutkleur
Sommige dieren hebben een schutkleur, zodat ze minder gemakkelijk te zien zijn. De sepia latimanus is hier een kei in. Hij verandert zich gemakkelijk in de kleur van zijn omgeving. Weet hem dan nog maar eens te vinden!
een gangenstelsel
De bidsprinkhaankreeft heeft een wel heel creatieve manier van bescherming zoeken. Hij is de hele dag druk bezig om zijn huisje schoon te houden en uit te breiden. Van stukjes koraal bouwt hij een gangenstelsel waar hij snel in kan schieten als de vijand eraan komt. Handig he!
Bescherming
In de oceaan is het eten of gegeten worden. Dieren hebben slimme trucjes uitgevonden waarmee ze zichzelf kunnen beschermen tegen de vijand!
Slide 17 - Tekstslide
Wist je dat?
Dierenverzorgers eten verstoppen voor de dieren in hun verblijf. Net zoals in de natuur worden de dieren uitgedaagd om zelf op zoek te gaan naar voedsel. Ze doen dit vaak bij apen. Bijv. in een holle bamboestengel stoppen ze fruit.
Ze noemen dit
verrijkingsopdrachten
Slide 18 - Tekstslide
https:
Slide 19 - Link
Opdracht
Werkblad:
Plaats de dieren op de wereldkaart.
Zoek op bij welke groep de dieren horen en wat ze eten.