Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Konjunktiv II
Werkwoorden - Konjunktiv II
1 / 27
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
27 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Werkwoorden - Konjunktiv II
Slide 1 - Tekstslide
Konjunktiv?
Drukt uit
:
alsof, wens
mogelijkheid
beleefdheid
NL: zou-vorm
Slide 2 - Tekstslide
Konjunktiv?
Alsof, wens
Ich
wäre
so gern eine Prinzessin!
Mogelijkheid
Wenn es regnet,
könntest
du auch mit dem Bus fahren.
Beleefdheid
Ich
hätte
gern den Schnitzel, bitte.
NL
Ik
zou
zo graag een princes (willen) zijn!
NL
Wanneer het regent,
zou
je met de bus
kunnen
gaan.
NL
Ik
zou
graag de schnitzel (willen)
hebben
, alstublieft.
Slide 3 - Tekstslide
Werkwoorden met Konjunktiv 2
hätten
(zou hebben)
Ik had graag een biertje. (beleefdheid; hadden)
Ich hätte gern ein Bier.
könnten
(zou kunnen)
Zou je even kunnen helpen? (beleefdheid, mogelijkheid; even)
Könntest du mal helfen?
wären
(zou zijn)
Hij doet alsof hij de baas is. (mogelijkheid; alsof)
Er tut so, als wäre er der Chef.
Meest gebruikt!
möchten
(zou willen)
Ik wil graag thee. (beleefdheid)
Ich möchte Tee.
Slide 4 - Tekstslide
Werkwoorden met Konjunktiv 2
müssten
(zou moeten)
Het zou hier ergens moeten zijn. (mogelijkheid; zouden)
Es müsste hier irgendwo sein.
wüssten
(zou weten)
Zou u dat misschien weten ? (beleefdheid, mogelijkheid; misschien)
Wüssten Sie das vielleicht ?
alle andere werkwoorden
:
würden + ww
Zou u (willen) helpen? ->
Würden Sie bitte helfen?
Dat zou ik nooit doen. ->
Das würde ich nie machen.
Ik zou vandaag werken, maar... ->
Ich würde heute arbeiten, aber...
Slide 5 - Tekstslide
Hoe maak je de Konjunktiv 2?
verleden tijd + Umlaut
waren
ich war
du warst
er war
wir waren
ihr wart
sie/Sie waren
wären
ich wär
e
du wärst
er wär
e
wir wären
ihr wärt
sie/Sie wären
hatten
ich hatte
du hattest
er hatte
wir hatten
ihr hattet
sie/Sie hatten
hätten
ich hätte
du hättest
er hätte
wir hätten
ihr hättet
sie/Sie hätten
Slide 6 - Tekstslide
Hoe maak je de Konjunktiv 2?
verleden tijd + Umlaut
konnten
ich konnte
du konntest
er konnte
wir konnten
ihr konntet
sie/Sie konnten
könnten
ich könnte
du könntest
er könnte
wir könnten
ihr könntet
sie/Sie könnten
möchten
ich möchte
du möchtest
er möchte
wir möchten
ihr möchtet
sie/Sie möchten
Slide 7 - Tekstslide
Hoe maak je de Konjunktiv 2?
verleden tijd + Umlaut
wussten
ich wusste
du wusstest
er wusste
wir wussten
ihr wusstet
sie/Sie wussten
wüssten
ich wüsste
du wüsstest
er wüsste
wir wüssten
ihr wüsstet
sie/Sie wüssten
mussten
ich musste
du musstest
er musste
wir mussten
ihr musstet
sie/Sie mussten
müssten
ich müsste
du müsstest
er müsste
wir müssten
ihr müsstet
sie/Sie müssten
Slide 8 - Tekstslide
Hoe maak je de Konjunktiv 2?
würden
ich würde
du würdest
er würde
wir würden
ihr würdet
sie/Sie würden
arbeiten
machen
tun
helfen
fahren
kaufen
sollten
ich sollte
du solltest
er sollte
wir sollten
ihr solltet
sie/Sie sollten
Uitzondering!
'sollen' is in de gewone verleden tijd + de Konjunktiv 2 precies hetzelfde! Voorbeeld: Dat zou je niet moeten doen -> Das solltest du nicht machen.
Slide 9 - Tekstslide
En nu jij!
Je krijgt 5
multiple choice
vragen.
Weet jij wanneer je de Konjunktiv 2 moet gebruiken?
uitleg
Slide 10 - Tekstslide
Ich ... vorige Woche in Münster.
1/10
A
war
B
wäre
C
bin
Slide 11 - Quizvraag
Ach, wenn ich doch reich ...!
2/10
A
war
B
wäre
C
bin
Slide 12 - Quizvraag
... Sie bitte das Fenster schließen?
3/10
A
konnten
B
könnten
C
können
Slide 13 - Quizvraag
Du hast den Pullover gestohlen?? Das ... ich nie getan!
4/10
A
hatte
B
hätte
C
habe
Slide 14 - Quizvraag
Es hat geklappt! Wir ... morgen zum Konzert!
5/10
A
konnten
B
könnten
C
können
Slide 15 - Quizvraag
En nu jij!
Je moet 10x de Konjunktiv 2 invullen. Weet jij de juiste vormen al?
uitleg
voorbeeld
: Ik zou dat nooit doen!
antwoord
: würde
Slide 16 - Tekstslide
Je zou naar de dokter moeten gaan.
1/10
Slide 17 - Open vraag
Zou je de peper kunnen aangeven?
2/10
Slide 18 - Open vraag
Dat zou echt leuk zijn!
3/10
Slide 19 - Open vraag
Zou jij dat boek lezen?
4/10
Slide 20 - Open vraag
Als hij dat wist...!
5/10
Slide 21 - Open vraag
Ik zou zo graag beroemd zijn...
6/10
Slide 22 - Open vraag
Ik zou graag cola willen, alstublieft.
7/10
Slide 23 - Open vraag
Zou je wat zachter kunnen praten?
8/10
Slide 24 - Open vraag
Wij zouden daar nooit gaan werken.
9/10
Slide 25 - Open vraag
Wanneer ik jou was, had ik
dat niet gedaan! (2x)
10/10
Slide 26 - Open vraag
slotwoord
Slide 27 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Konjunktiv II
December 2023
- Les met
27 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Konjunktiv II
Maart 2023
- Les met
30 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Quiz konjunktiv I und II
September 2021
- Les met
25 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5,6
Modale hulpwerkwoorden verleden tijd en de voltooide tijd
Juni 2020
- Les met
38 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3,4
Woche 23 Modale hulpwerkwoorden verleden tijd en de voltooide tijd
April 2020
- Les met
42 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Konjunktive II
Mei 2020
- Les met
17 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Konjunktive II
April 2022
- Les met
17 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Konjunktiv II
Oktober 2023
- Les met
36 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2