Les 3 Wonen en voeding

1 / 35
volgende
Slide 1: Video
VerzorgendeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Theorie leefomgeving
Boek: Huishouden en Wonen + Persoonlijke basiszorg

Module: module 2 Zorg voor de maaltijd 1  + module 2 Hulp bieden op opname van voeding en vocht

Dieetleer

Slide 2 - Tekstslide

Vorige les

Eigen regie

Zelfredzaamheid

Huiswerk Freelearning


Slide 3 - Tekstslide

De student...
... identificeert een aantal verschillende diëten die in de zorg voorkomen.
... kan uitleggen wat een positief vochtbalans is
... kan uitleggen  wat een negatief vochtbalans is
 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Welke diëten ken je?

Slide 6 - Woordweb

Diëten
1. Cholesterolverlagend
2.Energieverrijkt
3.Energiebeperkt
4.Eiwitverrijkt
5. Eiwitbeperkt
6. Glutenvrij
7. Voedingsvezelverrijkt
8. Diabetes Mellitus
9. Natriumbeperkt

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht
- 10 minuten 
- dieet opzoeken
   * Voor wie?
   * Voor wat? /  Welke producten?



Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Welk dieet schrijf je voor bij iemand die moeite heeft met naar het toilet gaan (obstipatie)?

Slide 19 - Woordweb

Oudere
Waar moet je rekening houden met iemand die al op leeftijd is? 
Bijvoorbeeld in een verpleeghuis?

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Een vochtbalans bijhouden is een hulpmiddel bij het controleren of een zorgvrager niet uitdroogt
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Braken is een reden voor het starten van een vochtbalans?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quizvraag

Wanneer spreek je van een negatieve vochtbalans?
A
Meer vocht in dan uit.
B
Meer vocht uit dan in.

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Tekstslide

Heeft een zorgvrager een positieve vochtbalans( bv + 500ml) dan heeft hij 500ml te weinig gedronken
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Wat betekent dehydratie?
A
uitdroging
B
ondervoeding
C
bloedvergiftiging
D
zuurstofgebrek

Slide 32 - Quizvraag

Slide 33 - Video

Wat neem je mee uit deze les?

Slide 34 - Woordweb

Feedbacktime

Slide 35 - Woordweb