1.1

bij Economie

- Boek, schrift, rekenmachine op tafel
- telefoon uit zicht
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

bij Economie

- Boek, schrift, rekenmachine op tafel
- telefoon uit zicht

Slide 1 - Tekstslide

Planning
- studiewijzer (ook in Magister zichtbaar)
- par. 1.1 theorie
- par. 1.1 maken: opgave 1 t/m 13 + bespreken

Slide 2 - Tekstslide

1.1 Waar heb jij behoefte aan?

leerdoelen:
- je  kunt uitleggen dat er verschillende soorten behoeften bestaan
- Je kunt de spanning uitleggen tussen behoeften en middelen
- Je kunt goederen en diensten van elkaar onderscheiden
- Je kunt alternatieve aanwendbaarheid van middelen uitleggen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Maken opdr. 1 t/m 4
- individueel
- ongeveer 5 min. 
- daarna klassikaal nakijken
- af? Dan verder werken aan 5, 6 en 7

Slide 5 - Tekstslide

Bespreken opdr. 1 tm 4
  1. a. ontbijt, warmhuis, griepprik
    b. bijv. telefoon, fiets, sport,
  2. a. normale behoefte, je kunt zonder maar dat is niet makkelijk
    b. je kunt ook met de fiets, je kan prima zonder sportauto
  3. in Afrika hebben ze minder geld, en zal een telefoon of fiets soms al als luxe worden gezien.
  4. a. 5 - 3 - 1 - 4 - 2    (of 5 - 1 - 3 - 4 - 2) 
    b. je kunt wel leven zonder rijbewijs (het is dus eerder een primaire behoefte)

Slide 6 - Tekstslide

keuzes maken
  • schaarste in middelen:  (als consument)
  • omdat middelen (tijd & geld) niet oneindig aanwezig zijn


  • schaars goed   (productie)
  • middelen nodig om ze te produceren
  • Geen middelen nodig? -> vrije goederen
  • bijv. zonlicht en wind
   

Slide 7 - Tekstslide

Maken opdr. 5, 6 en 7
individueel      ong. 5 min
  • opdr. 5: zonlicht is een vrij goed, water is een schaars goed. 
    zonlicht heb je geen middelen voor nodig, water moet gezuiverd worden en je hebt flesjes nodig.

  • opdr. 6a. benzine, plastic, medicijnen
  • opdr. 6b. Ja, er zijn middelen nodig om de aardolie uit de grond te halen.

  • opdr. 7a. nee, windenergie en zonenergie zijn vrije goederen 
  • opdr. 7b. ja, er zijn bijv. zonnepanelen en windmolens nodig om van zon of wind bruikbare energie te maken. 

Slide 8 - Tekstslide

Theorie
Consumenten -> consumeren:
  • Goederen   = tastbaar, kun je aanraken
  • Diensten     = niet-tastbaar, activiteiten, je doet iets voor iemand

Goederen:
  • gebruiksgoederen   = kan je meerdere keren gebruiken
  • verbruiksgoederen   = kun je één keer consumeren, gaat 'op'


Slide 9 - Tekstslide

alternatief aanwendbaar =
verschillende mogelijkheden om in je behoeftes te voorzien
  • je maakt hierbij keuzes hoe je je tijd en geld  inzet
  • bijv keuze uit 'kopen' of 'zelfvoorziening'


  • Maken:  opdrachten 8 t/m 13.  Vraag 10 mag je overslaan. 

Slide 10 - Tekstslide

nakijken 8, 9 en 11
  • 8a. auto, stoelen, laptop
  • 8b. duurzame goederen kosten vaak meer geld (je kunt er tenslotte langer mee doen). Als consumenten meer geld te besteden hebben zullen ze ook meer geld uitgeven aan grotere, dure goederen. 

  • 9a. aan goederen
  • 9b. de abonnementskosten, kosten van het bellen

  • 11.  je kunt je telefoon gebruiken als computer ipv je tablet of laptop, of als fototoestel

Slide 11 - Tekstslide

nakijken 12 en 13
  • 12a. eigen antwoord
  • 12b. eigen antwoord

  • 13a. Steeds meer mensen hebben hun prioriteit liggen bij een onafhankelijke invulling van de basisbehoeften. De middelen om hierin te voorzien worden niet meer ingezet om deze door kopen te vervullen, maar zij zetten hun middelen alternatief aanwendbaar in door zelfvoorzienend te zijn. (dus meer tijd investeren, en minder geld investeren)
  • 13b. eigen antwoord 
  • 13c. bijv. zonnepanelen, moestuin, houtkachel, zelf kleding maken, etc. 

Slide 12 - Tekstslide

Zijn de leerdoelen gehaald?

leerdoelen:
- je  kunt uitleggen dat er verschillende soorten behoeften bestaan
- Je kunt de spanning uitleggen tussen behoeften en middelen
- Je kunt goederen en diensten van elkaar onderscheiden
- Je kunt alternatieve aanwendbaarheid van middelen uitleggen

Slide 13 - Tekstslide