Bespreking CE training H5
1 / 14
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Suikers die in de bladcellen zijn gevormd, worden verspreid door de hele plant. Via welke vaten worden deze stoffen vervoerd naar de wortelknolletjes?
Vul alleen de hoofdletter van jouw keuze in:
Vul alleen de hoofdletter van jouw keuze in:
Slide 3 - Open vraag
Lupinezaden bevatten evenals
sojabonen veel organische stoffen.
Door welke stoffen zijn deze zaden zo
geschikt voor het gebruik in
vleesvervangende voedingsmiddelen?
sojabonen veel organische stoffen.
Door welke stoffen zijn deze zaden zo
geschikt voor het gebruik in
vleesvervangende voedingsmiddelen?
A
door essentiële aminozuren
B
door koolhydraten
C
door niet-essentiële aminozuren
D
door vezels
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Welke van de volgende beweringen over stofwisselingsprocessen van colibacteriën die zich
in de dikke darm bevinden, is juist?
in de dikke darm bevinden, is juist?
A
Bij deze bacteriën is geen sprake van koolstofassimilatie, wel van aërobe dissimilatie.
B
Bij deze bacteriën is geen sprake van koolstofassimilatie, wel van anaërobe dissimilatie.
C
Bij deze bacteriën is sprake van koolstofassimilatie en van aërobe dissimilatie.
D
Bij deze bacteriën is sprake van koolstofassimilatie en van anaërobe dissimilatie.
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Stuifmeel is rijk aan eiwitten, vetten en suikers. Nectar bestaat uit water en glucose.
Welke stof of welke stoffen heeft een plant nodig om nectar te maken? Vul alleen de hoofdletter van jouw keuze in:
Welke stof of welke stoffen heeft een plant nodig om nectar te maken? Vul alleen de hoofdletter van jouw keuze in:
Slide 8 - Open vraag
In planten kunnen de volgende processen voorkomen:
1 koolstofassimilatie; 2 stikstofassimilatie;
3 eiwitsynthese; 4 gisting.
Welke processen vinden in een plant plaats om de vorming van stuifmeel
mogelijk te maken? Vul alleen de hoofdletter van jouw keuze in:
1 koolstofassimilatie; 2 stikstofassimilatie;
3 eiwitsynthese; 4 gisting.
Welke processen vinden in een plant plaats om de vorming van stuifmeel
mogelijk te maken? Vul alleen de hoofdletter van jouw keuze in:
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Honingdauw is de zoete afscheiding van bladluizen op bladeren. Soms
zijn er voor de bijen in de natuur te weinig goede nectarbronnen. Als er
dan veel bladluizen op de bladeren zitten, gebruiken de bijen deze
honingdauw als grondstof voor hun honing.
Uit welk deel van de bladeren halen de bladluizen hun voedsel?
zijn er voor de bijen in de natuur te weinig goede nectarbronnen. Als er
dan veel bladluizen op de bladeren zitten, gebruiken de bijen deze
honingdauw als grondstof voor hun honing.
Uit welk deel van de bladeren halen de bladluizen hun voedsel?
A
bastvaten, aan de bovenzijde van het blad
B
bastvaten, aan de
onderzijde van het blad
C
houtvaten, aan de bovenzijde van het blad
D
houtvaten, aan de onderzijde van het blad
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
Bij welk stofwisselingsproces ontstaat het melkzuur dat tandbederf veroorzaakt?
A
bij aerobe dissimilatie
B
bij anaerobe dissimilatie
C
bij koolstofassimilatie
D
bij voortgezette assimilatie
Slide 13 - Quizvraag
Ik snap de leerstof van H5 en ik kan de leerstof toepassen.
Ik kon de CE-training van H5 goed maken.
Ik kon de CE-training van H5 goed maken.
😒🙁😐🙂😃
