HAVO-4 en AG4 2.1 Modellen en De bouw van een atoom

Goedemorgen!
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Goedemorgen!

Slide 1 - Tekstslide

Programma
2.1 Modellen
2.1 De bouw van een atoom
  • atoommodel van Dalton 
  • atoommodel van Rutherford 
Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Na deze les kun je:
  • een beschrijving geven van de verschillende atoommodellen 
  • massa, plaats en lading noemen van proton, neutron en elektron
  • uitleggen wat atoomnummer en massagetal betekenen
  • binas gebruiken om atoom te beschrijven / tekenen

Slide 3 - Tekstslide

2.1 Modellen

Slide 4 - Tekstslide

2.1 Modellen

Slide 5 - Tekstslide

Atomen en moleculen kun je weergeven in een model. Wat is hier de betekenis van het begrip "model"?

Slide 6 - Open vraag

Wat is het verschil tussen het model van een planetenstelsel en een model van een atoom?

Slide 7 - Open vraag

Voorbeeld van een molecuulmodel

Slide 8 - Tekstslide

Zuivere stof of mengsel?
A
a: mengsel b: zuivere stof c: mengsel
B
a:zuivere stof b: zuivere stof c: mengsel
C
a: mengsel b: mengsel c: mengsel
D
a: zuivere stof b: zuivere stof c: zuivere stof

Slide 9 - Quizvraag

2.1 Atoommodel van Dalton
Atomen zijn harde, ondeelbare bolletjes
Elk atoom van de ene soort verschilt van een atoom van een ander soort. 

Slide 10 - Tekstslide

Leg uit; hoe kun je zien of het om een zuivere stof of mengsel gaat?

Slide 11 - Open vraag

Leg voor elke zuivere stof uit of deze een element of een verbinding is.

Slide 12 - Open vraag

Leg uit: welke modelvoorstelling stelt waterstofperoxide voor?

Slide 13 - Open vraag

3

Slide 14 - Video

00:26
Verklaar de naam "Goudfolie-experiment"

Slide 15 - Open vraag

00:39
Waar bestaat, volgens Rutherford, het atoom voor het grootste deel uit?

Slide 16 - Open vraag

01:08
Hoe wordt het "centrum" van het atoom genoemd? Nederlandse naam graag.

Slide 17 - Open vraag

Beschrijf het verschil tussen de atoommodellen van Dalton en Rutherford

Slide 18 - Open vraag

4

Slide 19 - Video

01:02
Uit welke drie deeltjes bestaat een atoom?

Slide 20 - Open vraag

02:30
Welke eigenschappen (2) van protonen, neutronen en elektronen zijn belangrijk?

Slide 21 - Open vraag

04:07
Welk deeltje in een atoom heeft de kleinste massa?

Slide 22 - Open vraag

07:58
Hoeveel protonen, neutronen en elektronen komen voor in een atoom met atoomnummer 8 en massagetal 16?

Slide 23 - Open vraag

Waar vind je het atoomnummer?
Binas tabel 99

Slide 24 - Tekstslide

binas 99

Slide 25 - Tekstslide

Samenvattend

Slide 26 - Tekstslide

Verwerken (HAVO-4)
2.1 Maak nu de opdrachten 1t/m 6, 13, 15 (blz. 43)
Je leert dan o.a. binas te gebruiken om een atoom te beschrijven volgens het atoommodel van Rutherford.


Slide 27 - Tekstslide

Verwerken (AG4)
2.1 Maak nu de opdrachten 1t/m 3, 9, 15 (blz. 43)
Je leert dan o.a. binas te gebruiken om een atoom te beschrijven volgens het atoommodel van Rutherford.

Slide 28 - Tekstslide

Noem 3 dingen die je hebt geleerd.

Slide 29 - Open vraag

Slide 30 - Tekstslide

Afsluiting
HW: bestudeer 2.1 (blz. 36+37)
maak opdr. 1 t/m 3 + 9 + 15 af 

Je kunt de bouw van een atoom beschrijven m.b.v. het atoommodel van Rutherford

Slide 31 - Tekstslide