In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Burgerschap
Thema: Genotsmiddelen
KLAS 4P4
Slide 1 - Tekstslide
Genotsmiddelen
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen
• • De leerling kan onthouden wat de lichamelijke gevolgen zijn hard en softdrugs
• De leerling kan toelichten wat het gedoogbeleid in Nederland is
• De leerling kan zijn mening omtrent het gebruik van hard- en of softdrugs betogen aan de rest van de klas
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Door welke drugsvariant kun je het snelst verlamd raken?
A
Cocaïne
B
Lachgas
C
Wiet
D
Heroïne
Slide 6 - Quizvraag
Wat valt niet onder softdrugs
A
Wiet
B
Hasj
C
Slaapmiddelen
D
Lachgas
Slide 7 - Quizvraag
Lachgas
Lachgas is een kleur- en geurloos gas en de werkzame stof is di-stikstofmonoxide (N2O). ...
Daarnaast wordt lachgas ook gebruikt als drijfgas voor slagroomspuiten. Lachgas in ballonnen valt (nu nog) onder de Warenwet, maar er is een wetgeving in de maak om recreatief gebruik te verbieden.
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Is XTC een harddrug of een softdrug?
A
Harddrug
B
Softdrug
Slide 10 - Quizvraag
Hoeveel procent van de MBO-scholieren rookt regelmatig?
A
75%
B
33%
C
20%
D
51%
Slide 11 - Quizvraag
Hoeveel jongeren blowen onder schooltijd?
A
5%
B
15%
C
50%
D
25%
Slide 12 - Quizvraag
Hoeveel 18-jarigen hebben ervaring met het gebruik van ecstasy?
A
2
B
12
C
32
D
22
Slide 13 - Quizvraag
Het aantal bingedrinkers onder jongens is ……
A
gelijk
gelijk aan het aantal onder meisjes
B
2 keer zoveel dan het aantal meisjes.
C
4 keer zoveel dan het aantal meisjes.
D
3 keer zoveel dan het aantal meisjes.
Slide 14 - Quizvraag
Een blowtje is minder schadelijk dan alcohol.
A
ja
B
nee
C
gelijk
D
Hangt van de hoeveelheid alcohol af
Slide 15 - Quizvraag
Ouders die op het terras een een alcoholisch drankje kopen voor hun minderjarig kind, moeten een boete krijgen.
A
Ja
B
Nee
Slide 16 - Quizvraag
Wat doet alcohol niet met je?
A
het is verslavend
B
schadelijk voor de hersenen
C
denkt je minder na over de dingen die je doet.
D
maakt je slimmer
Slide 17 - Quizvraag
Hoeveel 16- en 17jarige studenten die roken, kopen zelf wel eens sigaretten?
Je lichaam protesteert wanneer je stopt met het gebruik van een genotmiddel.
Slide 22 - Tekstslide
Vitaal burgerschap Opdracht 2
Maken Opdracht 2 (Teams) Genotsmiddelen.
Tijdens de lessen en in het boek komt er veel informatie voorbij over de verschillende genotmiddelen, de risico’s en wat verslavingen zijn en de gevolgen daarvan.
Deze informatie ga je gebruiken bij het beantwoorden van de vragen.
Slide 23 - Tekstslide
Bedankt voor jullie aandacht!!!
Slide 24 - Tekstslide
Vitaal Burgerschap Opdrachten
In Teams:
Opdracht 1: Voeding en Bewegen (2 )
Opdracht 2: Genotsmiddelen (YouTube 2)
Opdracht 3: Geestelijke gezondheid (1)
Opdracht 4: Seksuele gezondheid (1)
Opdracht 5: Seksuele diversiteit (1)
Opdracht 6: Gender identiteit
Slide 25 - Tekstslide
Ik vind dat alle drugs moeten worden vrijgegeven, net als alcohol en tabak.
A
ja
B
nee
Slide 26 - Quizvraag
Hoeveel gram cannabis mag je dagelijks als coffeeshop aan iemand verkopen?
A
0
B
15
C
10
D
5
Slide 27 - Quizvraag
Mensen die een kleine hoeveelheden softdrugs bezitten worden strafrechtelijk vervolgd