5.A - Je kent de namen van de drie aartsvaders van het volk Israël;
5.B - Je kunt het woord vertrouwen uitleggen aan de hand van het leven van de aartsvaders;
5.C - Je kunt het begrip ‘landbelofte’ in eigen woorden uitleggen;
5.D - Je kunt uitleggen hoe het volk van God begint en groeit;